Aanwijzing toezichthoudende ambtenaren Wet verontreiniging zeewater
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Onder intrekking van de beschikking van 9 december 1976, nr. RRW 81148, aan te wijzen als ambtenaren, belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de
Wet verontreiniging zeewater bepaalde of bevolene de ambtenaren van de Rijkswaterstaat, werkzaam bij:
Overwegende dat de beschikking van 9 februari 1976, nr. RRW 81148, Hoofddirectie van de Waterstaat, waarbij ambtenaren van de Rijkswaterstaat werden belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de Wet verontreiniging zeewater (Stb. 1992, 629) bepaalde of bevolene, wijziging behoeft in verband met wijziging van de Wet verontreiniging zeewater;
Gelet op artikel 12 van de Wet verontreiniging zeewater jo artikel 18.4 van de Wet Milieubeheer (Stb. 1992, 551);
I.
De regionale directies Noord Nederland, Zeeland en Noordzee:
a.
De functionarissen die daadwerkelijk belast zijn met de handhaving van de
Wet verontreiniging zeewater ;
b.
De functionarissen die daadwerkelijk belast zijn met de behandeling van aanvragen om ontheffing op grond van de
Wet verontreiniging zeewater ;
c.
De bemanning van vaartuigen, luchtvaartuigen en kunstwerken;
d.
De hoofden en medewerkers van dienstkringen en scheepvaartdiensten, belast met het feitelijk beheer van wateren.
II.
De dienst RIZA:
De beschikking wordt geplaatst in de Staatscourant en treedt in werking met ingang van de dag volgend op die der bekendmaking.
b.
het hoofd en de medewerkers van de afdeling heffing en handhaving;
directeur-generaal van de Rijkswaterstaat