1.
Het bestuursorgaan maant de schuldenaar die in verzuim is schriftelijk aan tot betaling binnen twee weken, gerekend vanaf de dag na die waarop de aanmaning is toegezonden.
2.
Bij wettelijk voorschrift kan een andere termijn worden vastgesteld.
3.
De aanmaning vermeldt dat bij niet tijdige betaling deze kan worden afgedwongen door op kosten van de schuldenaar uit te voeren invorderingsmaatregelen.
1.
Het bestuursorgaan kan voor de aanmaning een vergoeding in rekening brengen. De vergoeding bedraagt € 6 [Red: Per 1 januari 2014: € 7] indien de schuld minder dan € 454 [Red: Per 1 januari 2015: € 500] bedraagt en € 14 [Red: Per 1 januari 2013: € 15] indien de schuld € 454 [Red: Per 1 januari 2015: € 500] of meer bedraagt.
2.
De aanmaning vermeldt de vergoeding die in rekening wordt gebracht.
Artikel 4:114
Onder dwangbevel wordt verstaan: een schriftelijk bevel van een bestuursorgaan dat ertoe strekt de betaling van een geldsom als bedoeld in artikel 4:85 af te dwingen.
Artikel 4:115
De bevoegdheid tot uitvaardiging van een dwangbevel bestaat slechts indien zij bij de wet is toegekend.
Artikel 4:116
Een dwangbevel levert een executoriale titel op, die met toepassing van de voorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan worden tenuitvoergelegd.
1.
Een dwangbevel wordt slechts uitgevaardigd wanneer binnen de overeenkomstig artikel 4:112 gestelde aanmaningstermijn niet volledig is betaald.
2.
Bij de wet kan evenwel worden bepaald dat het dwangbevel zo nodig zonder aanmaning en voor het verstrijken van bij wettelijk voorschrift gestelde of eerder gegunde betalings- of aanmaningstermijnen kan worden uitgevaardigd of tenuitvoergelegd.
Artikel 4:118
Artikel 4:8 is niet van toepassing op de aanmaning en het dwangbevel.
1.
Bij het dwangbevel kunnen tevens de aanmaningsvergoeding, de wettelijke rente en de kosten van het dwangbevel worden ingevorderd.
2.
Het dwangbevel kan betrekking hebben op verschillende verplichtingen tot betaling van een geldsom door de schuldenaar aan het bestuursorgaan.
1.
De betekening en de tenuitvoerlegging van het dwangbevel geschieden op kosten van degene tegen wie het is uitgevaardigd.
2.
De gerechtelijke kosten worden berekend met toepassing van de op grond van artikel 434a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering vastgestelde tarieven. De buitengerechtelijke kosten worden berekend met toepassing van bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen tarieven.
3.
De kosten zijn ook verschuldigd indien het dwangbevel door betaling van verschuldigde bedragen niet of niet volledig ten uitvoer is gelegd.
Artikel 4:121
Indien een dwangbevel dat is uitgevaardigd voor een gedeelte van een verplichting tot betaling van een geldsom ten uitvoer wordt gelegd door beslaglegging, kunnen bij datzelfde dwangbevel alle tot het tijdstip van beslaglegging vervallen termijnen van die verplichting worden ingevorderd, mits het op dat tijdstip invorderbare bedrag uit het dwangbevel is op te maken.
1.
Het dwangbevel vermeldt in ieder geval:
a. aan het hoofd het woord «dwangbevel»;
b. het bedrag van de invorderbare hoofdsom;
c. de beschikking of het wettelijk voorschrift waaruit de geldschuld voortvloeit;
d. de kosten van het dwangbevel, en
e. dat het op kosten van de schuldenaar ten uitvoer kan worden gelegd.
2.
Het dwangbevel vermeldt, indien van toepassing:
a. het bedrag van de aanmaningsvergoeding, en
b. de ingangsdatum van de wettelijke rente.
1.
De bekendmaking van een dwangbevel geschiedt door middel van de betekening van een exploot als bedoeld in het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering . De artikelen 3:41 tot en met 3:45 zijn niet van toepassing.
2.
Het exploot vermeldt in ieder geval de rechtbank waarbij tegen het dwangbevel en de tenuitvoerlegging ervan overeenkomstig de artikelen 438 en 438a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering kan worden opgekomen.
Artikel 4:124
Het bestuursorgaan beschikt ten aanzien van de invordering ook over de bevoegdheden die een schuldeiser op grond van het privaatrecht heeft.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Inleidende bepalingen
+ Hoofdstuk 2. Verkeer tussen burgers en bestuursorganen
+ Hoofdstuk 3. Algemene bepalingen over besluiten
- Hoofdstuk 4. Bijzondere bepalingen over besluiten
+ Hoofdstuk 5. Handhaving
+ Hoofdstuk 6. Algemene bepalingen over bezwaar en beroep
+ Hoofdstuk 7. Bijzondere bepalingen over bezwaar en administratief beroep
+ Hoofdstuk 8. Bijzondere bepalingen over de wijze van procederen bij de bestuursrechter
+ Hoofdstuk 9. Klachtbehandeling
+ Hoofdstuk 10. Bepalingen over bestuursorganen
+ Hoofdstuk 11. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht