1.
De opleiding tot podotherapeut, bedoeld in artikel 26, omvat zowel theoretisch als praktisch onderwijs en is gericht op het verwerven van kennis van en inzicht en vaardigheid in de volgende aspecten van de podotherapeutische beroepsuitoefening die betrekking hebben op het gebied van deskundigheid, bedoeld in artikel 29:
a. diagnostiek en behandeling;
b. communicatie en samenwerking;
c. preventie en gezondheidsvoorlichting;
d. kwaliteitszorg en innovatie;
e. praktijk- en bedrijfsvoering;
f. beroepsontwikkeling.
2.
De opleiding is zo ingericht dat betrokkene bij het toepassen van de in het eerste lid bedoelde competenties onderscheid leert maken tussen de volgende categorieën van patiënten:
a. kinderen;
b. volwassenen;
c. personen bij wie podotherapeutische problemen of de behandeling daarvan worden beïnvloed door specifieke somatische of psychische problematiek.
3.
De student verwerft daarnaast algemene competenties met betrekking tot de beroepsuitoefening op de volgende gebieden:
a. multidisciplinaire integratie;
b. wetenschappelijke toepassing;
c. probleemgericht handelen;
d. methodisch en reflectief denken en handelen;
e. bijdragen aan de professionele ontwikkeling van het beroep.
4.
Het praktische onderwijs omvat in ieder geval stages in het werkveld inzake het toepassen van tijdens de studie verworven kennis, inzicht en vaardigheden met betrekking tot het gebied van deskundigheid, bedoeld in artikel 29, onder toezicht van een podotherapeut.
Inhoudsopgave
+ HOOFDSTUK I. BEGRIPSBEPALING
+ HOOFDSTUK II. DIËTIST
+ HOOFDSTUK III. ERGOTHERAPEUT
+ HOOFDSTUK IV. LOGOPEDIST
+ Hoofdstuk V. Mondhygiënist
+ HOOFDSTUK VI. OEFENTHERAPEUT
+ HOOFDSTUK VII. ORTHOPTIST
- HOOFDSTUK VIII. PODOTHERAPEUT
+ HOOFDSTUK IX. SLOTBEPALINGEN
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht