De Voorzitter vertrouwt het onderzoek van de geloofsbrief toe aan een commissie van drie leden, die hij voor dat doel aanwijst. Een van hen benoemt hij tot voorzitter.
In geval van periodieke aftreding of ontbinding van de Kamer wijst hij een tweede commissie als bedoeld in het vorige lid aan.
Hij verdeelt het onderzoek van de geloofsbrieven over de beide commissies. Behoort een der aangewezenen tot de nieuwverkozenen, dan wordt zijn geloofsbrief onderzocht door de commissie van welke hij geen deel uitmaakt.
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.