1.
Voordat een concessie wordt verleend of gewijzigd, pleegt de concessieverlener, bedoeld in artikel 20, tweede, derde en vierde lid, overleg met de concessieverleners die bevoegd zijn tot het verlenen van concessies in aangrenzende gebieden. Het overleg voorziet in ieder geval in afspraken inzake de afstemming van het openbaar vervoer tussen aangrenzende concessiegebieden.
2.
Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing op een concessie als bedoeld in artikel 25, tweede lid.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
- Hoofdstuk II. Concessies voor openbaar vervoer
+ Hoofdstuk III. Bepalingen inzake de aanbesteding en verlening van concessies
+ Hoofdstuk IV. Bepalingen voor gebruikers van voorzieningen van het openbaar vervoer
+ Hoofdstuk V. Taxivervoer
+ Hoofdstuk VI. Internationaal vervoer
+ Hoofdstuk VII. Handhaving
+ Hoofdstuk VIII. Overige bepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht