Aanpassing voorschriften ingevolge Besluit betaling emolumenten burgerlijk rijkspersoneel
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op het Besluit betaling emolumenten burgerlijk rijkspersoneel,
Artikel 1
In deze regeling wordt onder Besluit verstaan het
Besluit betaling emolumenten burgerlijk rijkspersoneel .
Artikel 2
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van kost, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Besluit wordt gesteld op € 154,74 per maand.
Artikel 3
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van inwoning, bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Besluit wordt gesteld op € 185,60 per maand.
Artikel 4
Het verschuldigde bedrag voor kost voor de belanghebbende, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit wordt gesteld op € 125,67 per maand.
Artikel 5
Het verschuldigde bedrag voor inwoning voor de belanghebbende, bedoeld in artikel 2, tweede lid, van het Besluit wordt gesteld op € 129,50 per maand.
Artikel 6
Bij geoorloofde afwezigheid wordt het bedrag, bedoeld in artikel 2, derde lid, van het Besluit gesteld op € 4,05 per dag.
Artikel 7
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van verwarming van de woning, bedoeld in artikel 3, eerste lid, sub b, van het Besluit, wordt gesteld op € 62,33.
Artikel 8
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van energie voor kookdoeleinden, bedoeld in artikel 3, eerste lid, sub c, van het Besluit wordt gesteld op € 25,25.
Artikel 9
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van elektrische energie, bedoeld in artikel 3, eerste lid, sub d, van het Besluit, wordt gesteld op € 22,18.
Artikel 10
Het maximum van het verschuldigde bedrag voor het van rijkswege verstrekte genot van leidingwater, bedoeld in artikel 3, eerste lid, sub e, van het Besluit, wordt gesteld op € 15,58.
Artikel 11
Het verschuldigde bedrag voor het privé-gebruik van een dienstauto bedoeld in artikel 3a, eerste lid, bedraagt € 0,17 per afgelegde kilometer.
Artikel 12
De regeling van 5 december 2001, nr. AD2001/U97366 (Stcrt. 241), wordt ingetrokken.
Artikel 13
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 juli 2002.