Aanvullend besluit bij de Organisatieregeling dienstonderdelen OM
De Minister van Justitie,
Overwegende dat de Organisatieregeling dienstonderdelen OM van 15 december 1997 een beheersstructuur geeft voor de dienstonderdelen bij het openbaar ministerie;
Overwegende dat het, in verband met de positionering van het bureau verkeershandhaving openbaar ministerie (BVOM) als dienstonderdeel bij het openbaar ministerie per 1 maart 2001, wenselijk is dat het BVOM als afzonderlijke dienst onder deze beheersstructuur wordt gebracht;
Artikel 1. (Landelijke dienst)
Het bureau verkeershandhaving openbaar ministerie (BVOM) is een landelijke dienst, die ressorteert onder het College van procureurs-generaal.
1.
Het Bureau verkeershandhaving openbaar ministerie (BVOM) is gevestigd te Soesterberg.
2.
Het BVOM heeft met betrekking tot de verkeershandhaving tot taak:
a)
het verlenen van ondersteuning aan de portefeuillehouder van het College van procureurs-generaal;
b)
het bieden van expertise aan het openbaar ministerie en politieonderdelen;
c)
het uitoefenen van het gezagsmandaat over de divisie Mobiliteit van het Korps Landelijke Politiediensten;
d)
het uitvoeren van projectmanagement, in de vorm van het opzetten en coƶrdineren van regionale plannen voor verkeershandhaving;
e)
het afhandelen van beroepen inzake de Wet Administratieve Handhaving Verkeersvoorschriften, voorzover voortkomend uit de Klimaatnota;
f)
overige ter zake door het College op te dragen taken.
3.
Aan het hoofd van het BVOM staat een officier van justitie met de titel hoofd van het BVOM, die ondergeschikt is aan het College van procureurs-generaal.
4.
Het hoofd van het BVOM is belast met de dagelijkse leiding van het BVOM.
5.
Het hoofd van het BVOM maakt schriftelijke afspraken met de directeur arrondissementale stafdienst in het arrondissement Utrecht over de door de arrondissementale stafdienst te verlenen facilitaire ondersteuning.
6.
Het hoofd van het BVOM maakt schriftelijke afspraken met het College van procureurs-generaal over de ter beschikking te stellen middelen en het leveren van de daaraan te koppelen prestaties van het BVOM.
7.
Het hoofd van het BVOM is verantwoordelijk voor de werkzaamheden die voortvloeien uit de portefeuille Voertuigcriminaliteit.
Artikel 5. (Citeertitel)
Dit besluit wordt aangehaald als: Aanvullend besluit bij de Organisatieregeling dienstonderdelen OM.
Den Haag, 27 februari 2001