Aanwijzing toezichthoudende ambtenaren Wet verontreiniging oppervlaktewateren
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Onder intrekking van de beschikking van 9 februari 1990, nr. R 51641, aan te wijzen als ambtenaren belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de
Wet verontreiniging oppervlaktewateren bepaalde of bevolene de ambtenaren van de Rijkswaterstaat, werkzaam bij:
Overwegende dat de beschikking van 9 februari 1990, nr. R 51641, Hoofddirectie van de Waterstaat, waarbij ambtenaren van de Rijkswaterstaat werden belast met het toezicht op de naleving van het bij of krachtens de Wet verontreiniging oppervlaktewateren (Stb. 1992, 628) bepaalde of bevolene, wijziging behoeft in verband met wijziging van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren;
Gelet op artikel 25 van de Wet verontreiniging oppervlaktewateren jo artikel 18.4 van de Wet Milieubeheer (Stb. 1992, 551);
I.
De regionale directies:
a.
De functionarissen die daadwerkelijk belast zijn met de handhaving van de
Wet verontreiniging oppervlaktewateren ;
b.
De functionarissen die daadwerkelijk belast zijn met de behandeling van aanvragen om vergunning op grond van de
Wet verontreiniging oppervlaktewateren ;
c.
De bemanning van vaartuigen, luchtvaartuigen en kunstwerken;
d.
De hoofden en medewerkers van dienstkringen en scheepvaartdiensten, belast met het feitelijk beheer van wateren.
II.
De dienst RIZA:
De beschikking wordt geplaatst in de Staatscourant en treedt in werking met ingang van de dag volgend op die der bekendmaking.
b.
het hoofd en de medewerkers van de afdeling heffing en handhaving;
directeur-generaal van de Rijkswaterstaat