Besluit van 22 april 1998, houdende aanwijzing financiële diensten als bedoeld in artikel 1, onderdeel a, van de Wet melding ongebruikelijke transacties
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Financiën, mede namens Onze Minister van Justitie van 9 januari 1998, BGW97/3131-M;
Gelet op artikel 1, onderdeel a, onder 9°, van de Wet melding ongebruikelijke transacties;
De Raad van State gehoord (advies van 24 maart 1998, No. W06.98.0061);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Financiën, mede namens Onze Minister van Justitie van 10 april 1998, BGW98/914-M;
Hebben goedgevonden en verstaan:
a.
het in het kader van een geldelijke overmaking in ontvangst nemen van gelden of geldswaarden, ten einde deze gelden of geldswaarden al dan niet in dezelfde vorm elders betaalbaar te stellen of te doen stellen;
b.
het in het kader van een geldelijke overmaking betalen of betaalbaar stellen van gelden of geldswaarden, nadat deze gelden of geldswaarden elders al dan niet in dezelfde vorm ter beschikking zijn gesteld.
2.
Als financiële dienst als bedoeld in het eerste lid wordt niet aangemerkt:
a.
het in het kader van een premiebetaling uit hoofde van een verzekeringsovereenkomst in ontvangst nemen van gelden of geldswaarden, ten einde deze gelden of geldswaarden al dan niet in dezelfde vorm elders betaalbaar te stellen of te doen stellen aan een instelling waaraan het op grond van de
Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 is toegestaan het verzekeringsbedrijf in Nederland uit te oefenen;
b.
het in het kader van een uitkering uit hoofde van een verzekeringsovereenkomst betalen of betaalbaar stellen van gelden of geldswaarden, nadat deze gelden of geldswaarden elders al dan niet in dezelfde vorm ter beschikking zijn gesteld door een instelling waaraan het op grond van de
Wet toezicht verzekeringsbedrijf 1993 is toegestaan het verzekeringsbedrijf in Nederland uit te oefenen.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
's-Gravenhage, 22 april 1998
De Minister van Financiën,
De Minister van Justitie,
Uitgegeven tweede juli 1998
De Minister van Justitie,