Arbeidsvoorwaarden en andere personeelsaangelegenheden in de sector Rijk 2002-2003
Op 29 november 2002 heb ik met twee centrales van overheidspersoneel een overeenkomst gesloten over de arbeidsvoorwaarden en andere personeelsaangelegenheden in de contractperiode 1 december 2002 tot 1 januari 2004. Een afschrift van deze Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2002-2003 is als
bijlage 1 bijgevoegd. De formalisering daarvan is reeds ter hand genomen.
Met deze circulaire informeer ik u over de inhoud van de gesloten overeenkomst.
Deze circulaire is ook geplaatst op de internetsite van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Locatie: www.minbzk.nl/Overheidspersoneel/Arbeidsvoorwaarden Rijksoverheid/publicaties.
a. Salarisbedragen per 1 december 2002
In verband met de salarisverhoging van 2,5% komen de salarisbedragen per 1 december 2002 te luiden zoals aangegeven in de bij deze circulaire als
bijlage 2 gevoegde inpassingtabel.
Als
bijlage 3 is bijgevoegd een overzicht van de schalen van het
BBRA 1984 per 1 december 2002.
b. Aanpassing van toelagen, vergoedingen en dergelijke
Toelagen die zijn toegekend met toepassing van het
BBRA 1984 en toelagen die krachtens een
BBRA-overgangsregeling nog van toepassing zijn, dienen in het algemeen in verband met de algemene salarisverhoging te worden verhoogd met ingang van 1 december 2002. Veelal vindt dit automatisch plaats, bijvoorbeeld voor toelagen die zijn uitgedrukt in een percentage van het salaris van de ambtenaar of die overeenkomen met één of meer periodieke salarisverhogingen in de salarisreeks. Hiervoor kan onder meer worden gedacht aan de toelage onregelmatige dienst (
artikel 17, tweede lid, BBRA 1984).
Indien zo'n automatische aanpassing niet plaatsvindt, dient - behalve in gevallen als hierna bedoeld - met ingang van 1 december 2002 een verhoging te worden toegepast van 2,5%. Dit geldt bijvoorbeeld voor de vaste toelage onregelmatige dienst (
artikel 17, vierde lid, BBRA 1984).
Ten slotte zijn er toelagen die geen aanpassing behoren te ondergaan, bijvoorbeeld op grond van hun aard of op grond van de desbetreffende toekenningsbeschikking. Deze toelagen blijven dus ongewijzigd.
De herziening van bijzondere regelingen die zijn getroffen met toepassing van
artikel 26 BBRA 1984, dient van geval tot geval te worden beoordeeld, zo nodig in overleg met het cluster Arbeidsvoorwaarden van mijn ministerie. Indien tot bijstelling wordt overgegaan, dient een afschrift daarvan ter informatie te worden gezonden aan genoemde afdeling.
In verband met de algemene salarisverhoging per 1 december 2002 wordt per die datum ingevolge
d. Uitbetaling
Ik verzoek u in verband met genoemde salarismaatregel met ingang van de salarisbetaling van december 2002 rekening te houden met het voorgaande.
e. Algemeen karakter
Deze salarisverhoging heeft een algemeen karakter en werkt daarom door naar de ontslaggebonden uitkeringen, te weten de wachtgelden op basis van het
Rijkswachtgeldbesluit 1959 en de uitkeringen op basis van de
Uitkeringsregeling 1966 , de
Suppletieregeling gedeeltelijk arbeidsongeschikten sector Rijk , het
Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk , de
Regeling wachtgeld en uitkering bij privatisering en het
Besluit ontslaguitkering substantieel bezwarende functies .
a. Verhoging betreffende het jaar 2002
De eindejaarsuitkering voor het jaar 2002 wordt eenmalig verhoogd met 0,6 procentpunt tot 1%. De verhoging voor 2002 werkt terug tot en met 1 januari 2002.
De verhoging van de procentuele eindejaarsuitkering werkt in verband met de terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2002 ook door in de berekeningsgrondslag van de uitkeringen op basis de
Suppletieregeling gedeeltelijk arbeidsongeschikten sector Rijk , het
Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk en het
Besluit ontslaguitkering substantieel bezwarende functies van ambtenaren die op of na 2 januari 2002 een uitkering zijn gaan ontvangen. Indien in de periode januari 2002 tot en met december 2002 in de berekeningsbasis van de genoemde uitkeringen als eindejaarsuitkering 1% is opgenomen, blijft voor betrokkenen ook na 2002 in de berekeningsgrondslag de eindejaarsuitkering op 1% gehandhaafd.
De verhoging van de procentuele eindejaarsuitkering in 2002 kan voor het jaar 2002 niet als bron voor IKAP worden ingezet.
b. Verhoging betreffende het jaar 2003
De eindejaarsuitkering voor het jaar 2003 wordt per 1 januari 2003 eenmalig verhoogd met 0,4 procentpunt tot 0,8%. Met ingang van 1 januari 2004 zal de eindejaarsuitkering weer gelijk zijn aan het oorspronkelijke niveau, te weten 0,4%.
De verhoging van de procentuele eindejaarsuitkering werkt in verband met de terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2003 ook door in de berekeningsgrondslag van de uitkeringen op basis de
Suppletieregeling gedeeltelijk arbeidsongeschikten sector Rijk , het
Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk en het
Besluit ontslaguitkering substantieel bezwarende functies van ambtenaren die op of na 2 januari 2003 een uitkering zijn gaan ontvangen. Indien in de periode januari 2003 tot en met december 2003 in de berekeningsbasis van de genoemde uitkeringen als eindejaarsuitkering 0,8% is opgenomen, blijft voor betrokkenen ook na 2003 in de berekeningsgrondslag de eindejaarsuitkering op 0,8% gehandhaafd.
3. Salarisverhoging per 1 mei 2003
Met ingang van 1 juli 2003 wordt de tegemoetkoming inzake het
Besluit tegemoetkoming ziektekosten rijkspersoneel vastgesteld op het niveau van 50% netto van de gemiddelde particuliere ziektekostenpremie. Ter compensatie van de inkomenseffecten van deze maatregel worden de salarissen van het personeel van de sector Rijk per 1 mei 2003 structureel verhoogd met 0,25%.
a. Salarisbedragen per 1 mei 2003
In verband met de salarisverhoging van 0,25% komen de salarisbedragen per 1 mei 2003 te luiden zoals aangegeven in de bij deze circulaire als
bijlage 4 gevoegde inpassingtabel.
Als
bijlage 5 is bijgevoegd een overzicht van de schalen van het
BBRA 1984 per 1 mei 2003.
b. Aanpassing van toelagen, vergoedingen en dergelijke
Toelagen die zijn toegekend met toepassing van het
BBRA 1984 en toelagen die krachtens een
BBRA-overgangsregeling nog van toepassing zijn, dienen in het algemeen in verband met de algemene salarisverhoging te worden verhoogd met ingang van 1 mei 2003. Veelal vindt dit automatisch plaats, bijvoorbeeld voor toelagen die zijn uitgedrukt in een percentage van het salaris van de ambtenaar of die overeenkomen met één of meer periodieke salarisverhogingen in de salarisreeks. Hiervoor kan onder meer worden gedacht aan de toelage onregelmatige dienst (
artikel 17, tweede lid, BBRA 1984).
Indien zo'n automatische aanpassing niet plaatsvindt, dient - behalve in gevallen als hierna bedoeld - met ingang van 1 mei 2003 een verhoging te worden toegepast van 0,25%. Dit geldt bijvoorbeeld voor de vaste toelage onregelmatige dienst (
artikel 17, vierde lid, BBRA 1984).
Ten slotte zijn er toelagen die geen aanpassing behoren te ondergaan, bijvoorbeeld op grond van hun aard of op grond van de desbetreffende toekenningsbeschikking. Deze toelagen blijven dus ongewijzigd.
De herziening van bijzondere regelingen die zijn getroffen met toepassing van
artikel 26 BBRA 1984, dient van geval tot geval te worden beoordeeld, zo nodig in overleg met het cluster Arbeidsvoorwaarden van mijn ministerie. Indien tot bijstelling wordt overgegaan, dient een afschrift daarvan ter informatie te worden gezonden aan genoemde afdeling.
In verband met de algemene salarisverhoging per 1 mei 2003 wordt per die datum ingevolge
d. Uitbetaling
Ik verzoek u in verband met genoemde salarismaatregel met ingang van de salarisbetaling van mei 2003 rekening te houden met het voorgaande.
e. Algemeen karakter
Deze salarisverhoging heeft een algemeen karakter en werkt daarom door naar de ontslaggebonden uitkeringen, te weten de wachtgelden op basis van het
Rijkswachtgeldbesluit 1959 en de uitkeringen op basis van de
Uitkeringsregeling 1966 , de
Suppletieregeling gedeeltelijk arbeidsongeschikten sector Rijk , het
Besluit bovenwettelijke uitkeringen bij werkloosheid voor de sector Rijk , de
Regeling wachtgeld en uitkering bij privatisering en het
Besluit ontslaguitkering substantieel bezwarende functies .
II. Overige onderwerpen
Voor informatie over de overige afspraken verwijs ik u naar de tekst van de Arbeidsvoorwaardenovereenkomst sector Rijk 2002-2003.
Met nadruk wijs ik u hierbij op de afspraken die zijn opgenomen in de onderdelen 3 (herbezetting), 12 (Arbeidsduur-brugdagen) en 14 (Bemiddeling) van de overeenkomst. Ik verzoek u in voorkomende gevallen overeenkomstig de gemaakte afspraken te handelen.Ten aanzien van het onderwerp Bemiddeling zal ik begin 2003 met aanvullende informatie komen.
Over de uit deze overeenkomst voortvloeiende wijzigingen in de regelgeving zult u te zijner tijd op de gebruikelijke wijze worden geïnformeerd.
III. Slotopmerkingen
Zodra de formalisering, voor zover dat noodzakelijk is, van de overeengekomen maatregelen tot stand is gekomen zal ik u daarover informeren.
Medewerkers van de afdelingen Personeelszaken van geadresseerden kunnen over de desbetreffende onderwerpen inlichtingen verkrijgen bij onderstaande personen:
De van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ,
directeur-generaal Management en Personeelsbeleid