Bekendmaking subsidiabele thema’s natuur- en milieu-educatieregeling
De Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij,
Gelet op artikelen 3 en 4 van de Regeling subsidiëring Extra Impuls natuur- en milieu-educatie
Artikel 2
Themaprojecten betreffende biodiversiteit zijn gericht op het uitwerken van de educatieve mogelijkheden van biodiversiteit, gericht op economische sectoren, bij voorkeur de toeristische sector.
Artikel 3
Themaprojecten betreffende mobiliteit zijn gericht op:
a.
het, door middel van lokale initiatieven, ontwikkelen van natuur- en milieu-educatie betreffende het leren werken met mobiliteit, in het perspectief van duurzaamheid;
b.
het ontwikkelen van doelgroepgerichte, met een voorkeur voor de positie van vrouwen en de maatschappelijke ontwikkeling van jongeren, natuur- en milieu-educatie, of
c.
het inbedden van nieuwe technologische mogelijkheden op het gebied van informatie en communicatie in natuur- en milieu-educatie.
Artikel 4
Themaprojecten betreffende duurzaamheid zijn gericht op:
a.
het leren over duurzaamheid op lokaal niveau door middel van voorbeeldprojecten, voorzover aangesloten kan worden bij een uitwerking die door de desbetreffende gemeente is gegeven aan de Agenda 21 vastgesteld door partijen op de Conferentie van de Verenigde Naties inzake milieu en ontwikkeling, Rio de Janeiro, juni 1992;
b.
het toegankelijk maken van kennis en ervaring en het benutten daarvan voor het leren werken met duurzaamheid en natuur- en milieu-educatie, of
c.
het ontwikkelen, door samenwerking van organisaties en instellingen, van kennis, ervaringsleren en thematische verdieping betreffende duurzaamheid.
Artikel 5
Themaprojecten betreffende natuurbesef zijn gericht op de wijze waarop natuur- en milieu-educatie, bij voorkeur gericht op buitenschoolse leersituaties, actief kan bijdragen aan het leren van mensen, gericht op verantwoordelijkheid met betrekking tot natuur en milieu in werksituaties.
Artikel 6
Voor het thema kwaliteitszorg komen uitsluitend projecten voor subsidieverlening in aanmerking waarmede een systeem van kwaliteitszorg wordt ontwikkeld voor en ingevoerd bij tenminste drie die werkzaam zijn op het terrein van natuur- en milieu-educatie, mede op basis van externe advisering.
Artikel 7
De beschikbare bedragen voor de thema’s, bedoeld in
artikel 1, onderdeel a, b, c, d en e zijn respectievelijk f 175.000,- , f 50.000,- , f 200.000,- , f 175.000,- en f 125.000,- , met dien verstande dat voor het thema, bedoeld in onderdeel d, maximaal f 25.000,- per project beschikbaar is.
Artikel 8
Aanvragen tot subsidieverlening kunnen ingediend worden tot en met 20 oktober 1997.
Artikel 9
Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
’s-Gravenhage, 17 september 1997
De van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij ,