Beschikking toewijzing radio-frequenties ten behoeve van de concessiehouder van de telecommunicatie-infrastructuur
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
Gelet op artikel 3 van de Wet op de telecommunicatievoorzieningen (Stb. 1988, 520);
Besluit:
Artikel 1
In deze beschikking wordt verstaan onder:
a. de Minister:
de Minister van Verkeer en Waterstaat;
b. de Hoofddirectie Telecommunicatie en Post:
de Hoofddirectie Telecommunicatie en Post van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat.
Artikel 2
Aan de houder van de concessie voor de telecommunicatie-infrastructuur worden de in de bijlage , behorende bij deze beschikking, opgenomen frequenties voor de daarbij aangegeven toepassingsdoeleinden toegewezen.
Artikel 3
Indien één of meer toegewezen frequenties of frequentie-banden in het kader van een doelmatige uitoefening van de concessie niet meer nodig zijn, kan de toewijzing ten aanzien van de betreffende frequenties of frequentiebanden worden ingetrokken.
1.
De houder van de concessie is belast met de uitvoering van het door de Minister vastgelegde beleid ten aanzien van de verdeling, het beheer en het gebruik van de onderscheidenlijk aan hem toegewezen frequentiebanden.
2.
Tot de in het eerste lid bedoelde taak behoren onder meer:
a. het bepalen van het toelatingsbeleid en het toewijzen van frequenties voor het gebruik;
b. het voorbereiden van gebruiks- en technische voorschriften;
c. het verzorgen van de frequentieadministratie en het verlenen van medewerking aan den Hoofddirectie Telecommunicatie en Post bij de nationale en internationale registratie en de internationale notificatie;
d. zo nodig plegen van overleg met de Hoofddirectie Telecommunicatie en Post, met andere organen en instellingen, aan wie frequentiebanden ter beschikking zijn gesteld, met beheersinstanties van andere hetlanden en het deelnemen aan overleg in internationale organisaties;
e. het verlenen van medewerking aan de Hoofddirectie Telecommunicatie en Post bij het voorbereiden en ontwerpen van wettelijke voorschriften inzake ethergebruik.
1.
De houder van de concessie zal al het mogelijke doen wat redelijkerwijs van hem verwacht mag worden om te voorkomen dat het door hem uitgeoefende gebruik van de toegewezen frequenties storing of belemmering zal veroorzaken in zend- en ontvanginrichtingen werkend in de niet aan hem toegewezen delen van het frequentiespectrum dan wel in overige elektrische of elektronische inrichtingen.
2.
De houder van de concessie dient voorts medewerking te verlenen aan de behandeling van klachten over storing door de door hem gebruikte elektrische en elektronische inrichtingen, welke behandeling geschiedt overeenkomstig de regeling klachtbehandeling elektrische inrichtingen van 19 december 1988/TP10.401 (Stcrt. 1988, nr. 254).
1.
Deze beschikking treedt in werking met ingang van de dag na publicatie in de Staatscourant.
2.
Deze beschikking kan worden aangehaald als: ‘Beschikking toewijzing radio-frequenties ten behoeve van de concessiehouder van de telecommunicatie-infrastructuur’.
's-Gravenhage, 11 juni 1990
De
Minister
Inhoudsopgave
+ 1. Algemeen
+ 2. Voorschriften met betrekking tot het etherbeheer en -gebruik
+ 3. Voorschriften met betrekking tot de inrichting
+ 4. Slotbepaling
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht