Let op. Deze wet is vervallen op 2 januari 2005. U leest nu de tekst die gold op 1 januari 2005.

Beschikking Zorgloterij 2001

Uitgebreide informatie
Beschikking Zorgloterij 2001
De Staatssecretaris van Justitie,
Beschikkende op een verzoek d.d. 28 april 2000 van de stichting: Stichting Financiering tot Zorgvernieuwing en Zorgverbetering, gevestigd te Eindhoven, om een vergunning tot het openstellen van een gelegenheid als bedoeld in artikel 1, onder a, van de Wet op de kansspelen,
Gelet op het advies van het College van toezicht op de kansspelen d.d. 27 juni 2000 (nummer C.414/00),
Gelet op de artikelen 3 en 5 van de Wet op de kansspelen en de artikelen 2 en 5 van het Kansspelenbesluit,
Besluit:
Aan voornoemde stichting vergunning te verlenen tot het organiseren van een kansspel onder de hieronder opgenomen voorwaarden, die zo nodig kunnen worden gewijzigd.
Artikel 1
In deze beschikking wordt verstaan onder:
a. de wet:
de Wet op de kansspelen ;
b. de Minister:
de Minister van Justitie;
c. het College:
het College van toezicht op de kansspelen als bedoeld in artikel 33 van de wet;
d. de Zorgloterij:
een kansspel als bedoeld in artikel 1, onder a, van de wet, waarbij een combinatie van vijf kleuren en verschillende symbolen, deel uitmaakt van het lotnummer waarmee de deelnemers meedingen naar prijzen die door loting of trekking worden verkregen;
e. de stichting:
de Stichting Financiering tot Zorgvernieuwing en Zorgverbetering, gevestigd te Eindhoven.
Lid 1.
Aan de stichting wordt toegestaan in de periode van 1 januari 2002 tot en met 1 juli 2002 eenmalig in een aaneengesloten periode van maximaal 13 (dertien) weken, elke week één trekking van de Zorgloterij te organiseren.
Lid 2.
De inleg voor deelneming aan de Zorgloterij bedraagt ten hoogste € 4,50 (vier euro en vijftig eurocent) per wekelijkse trekking.
1.
De Zorgloterij wordt georganiseerd met inachtneming van de statuten en de reglementen van de stichting.
2.
De statuten en reglementen van de stichting, alsmede wijziging daarvan, behoeven de voorafgaande instemming van de Minister, gehoord het College.
3.
De instemming met de statuten en reglementen van de stichting moet minimaal een maand voor de eerste trekking zijn verkregen.
4.
De reglementen behelzen in ieder geval bepalingen ten aanzien van de deelnemersvoorwaarden, de trekkingsmomenten, de prijzenschema's, de prijsbepaling en de verdeling van de opbrengst van de krachtens deze beschikking georganiseerde kansspelen.
1.
De stichting draagt zorg voor een doelmatige administratie, organisatie en uitvoering van de Zorgloterij.
2.
In alle publicaties en andere uitingen (poststukken, advertenties, internet enzovoort) van de Zorgloterij dient te worden vermeld dat voor de Zorgloterij vergunning is verleend door de Staatssecretaris van Justitie onder aanhaling van datum en nummer van deze beschikking.
3.
In alle publicaties en andere uitingen van de Zorgloterij wordt duidelijk vermeld:
a. naam en adres van de stichting;
b. wijze waarop nadere informatie zoals de reglementen kunnen worden verkregen over de Zorgloterij;
c. de bestemming van de netto-opbrengst;
d. het bedrag van de inleg (prijs per lot);
e. wijze van deelname aan de Zorgloterij;
f. datum en plaats van de trekkingen van de Zorgloterij;
g. de minimale leeftijd van 18 jaar voor deelnemers.
4.
De stichting draagt zorg voor een zorgvuldige en evenwichtige wijze van werving en reclame voor de Zorgloterij, waarbij in het bijzonder de stichting waakt voor aanzetten tot een overmatige deelname aan het kansspel.
5.
De Minister kan, gehoord het College, de stichting aanwijzingen geven omtrent reclame en werving.
1.
De netto-opbrengst van het kansspel moet minimaal 60 (zestig) % bedragen van de bruto-opbrengst van de verkochte loten.
2.
De netto-opbrengst van het kansspel wordt gevormd door het verschil van de bruto-opbrengst van de verkochte loten en de som van de prijzen, de eventueel voor rekening van de stichting komende kansspelbelasting en de exploitatiekosten van de stichting.
3.
Tot de netto-opbrengst moet tevens worden begrepen eventuele rente-opbrengsten over de inleg en eventuele neveninkomsten die voortvloeien uit exploitatie van het kansspel.
4.
Interne verrekeningen tussen opbrengsten en uitgaven zijn niet toegestaan anders dan na toestemming van de Minister, gehoord het College.
5.
De netto-opbrengst moet in zijn geheel worden besteed aan doelen van enig algemeen belang, gelegen op het terrein van de volksgezondheid. Deze beneficianten zijn aangegeven in de reglementen van de stichting.
6.
De stichting keert binnen drie maanden na de laatste trekking de netto-opbrengst uit aan de verschillende beneficianten van de Zorgloterij. Hierover worden binnen drie maanden na de laatste trekking de Minister en het College bericht.
1.
De prijzen en overige onkosten mogen tezamen geen verdere uitgaven vorderen dan 40 (veertig) % van de bruto-opbrengst van de verkochte loten.
2.
De uitgekeerde prijzen bedragen minimaal 25 (vijfentwintig) % van de totale inleg van de deelnemers.
3.
Prijzen die beschikbaar worden gesteld door derden mogen tot het prijzenpakket worden toegelaten, maar mogen niet worden betrokken op de berekening van de netto-opbrengst zoals weergegeven in artikel 5, tweede lid van deze beschikking. Het financieel verslag zoals genoemd in artikel 8, eerste lid van deze beschikking maakt expliciet melding van sponsoring in natura of op andere wijze.
Artikel 7
Binnen één maand na de laatste trekking brengt de stichting een voorlopig verslag uit over de organisatie en het verloop van de loterij aan de Minister en het College.
1.
Over het totaal van de gemaakte uitgaven en de netto-opbrengst brengt de stichting binnen vier maanden na de laatste trekking verslag uit aan de Minister en het College. Dit financieel verslag gaat vergezeld van een verslag en een goedkeurende verklaring van een accountant overeenkomstig artikel 393, vierde en vijfde lid, van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Het financieel verslag voldoet in ieder geval aan de eisen zoals gesteld in titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
2.
Het financieel verslag bevat ten minste een uitsplitsing van de volgende exploitatiekosten:
a. kosten van werving en reclame uitgesplitst naar-
direct mailing-
reclame via TV en/of radio-
internet-
verdere werving en reclame;
b. eventuele kosten voor uitbesteding exploitatie;
c. eventuele kosten uitzendingen via TV en/of radio;
d. eventuele kosten voor gebruikmaking intellectuele eigendomsrechten (licenties spelconcept enzovoort);
e. eventuele bestuursvergoedingen (onkosten, presentiegelden enzovoort);
f. eventuele provisies aan verkopers van loten;
g. eventuele verdere kosten verbonden aan verkoop van de loten (gebruikmaking verkoopnetwerk enzovoort).
3.
De Minister kan, gehoord het College, de stichting nadere aanwijzingen geven omtrent de inrichting van het financieel verslag.
1.
De prijsbepaling en de vaststelling van de winnaars van de krachtens deze beschikking georganiseerde kansspelen geschiedt in het openbaar, onder toezicht en verantwoordelijkheid van een notaris. De notaris constateert het verloop van de prijsbepaling en het vaststellen van de winnaars telkens bij proces-verbaal. Het proces-verbaal bevat een beschrijving van de gehanteerde trekkingsprocedure.
2.
Voor een elektrische, elektronische of mechanische trekkingsprocedure is voorafgaande goedkeuring door een door de Minister aangewezen keuringsinstelling of onafhankelijk deskundige voorgeschreven.
3.
Na elke prijsbepaling dienen de prijzen zo spoedig mogelijk aan de winnaars te worden uitgekeerd. De stichting draagt zorg voor een duidelijke bekendmaking van de prijswinnaars. Prijzen zijn tot een jaar na de betreffende trekking opvorderbaar bij de stichting.
1.
De stichting waakt tegen het bestaan van met het belang van de stichting strijdige belangen van bestuurs- en personeelsleden.
2.
De door de Minister aangewezen ambtenaren en andere personen, zijn bevoegd inlichtingen van de stichting te verlangen, voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs nodig is.
3.
De in lid 2 genoemde ambtenaren en andere personen zijn bevoegd inzage te verlangen van zakelijke gegevens en bescheiden van de stichting voor zover dat voor de vervulling van hun taak redelijkerwijs nodig is.
1.
Deze beschikking treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
2.
Deze beschikking wordt aangehaald als: Beschikking Zorgloterij 2001.
Deze beschikking zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
Den Haag, 18 december 2000
De
Staatssecretaris
Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 7
Artikel 8
Artikel 9
Artikel 10
Artikel 11
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht