Besluit van 16 april 2015 tot uitvoering van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Besluit allocatie arbeidskrachten door intermediairs)
Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 16 oktober 2014, nr. 2014-0000153118, gedaan mede namens de Staatssecretaris van Financiën;
Gelet op de artikelen 8:3a, zevende lid, van de Arbeidstijdenwet, 16, vierde en zesde lid, en 34, vijfde en zevende lid, van de Arbeidsomstandighedenwet, 14b, vijfde lid, 19, tweede, derde, vierde en vijfde lid en 22, eerste en zevende lid, van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 november 2014, No.WI 2.14.0377/111);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 13 april 2015; 2015-0000091270, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Financiën,
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1:1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. bewerker: de bewerker, bedoeld in artikel 14b, vierde lid, van de wet;
b. Inspectie SZW: de toezichthoudende ambtenaren, bedoeld in artikel 14b, eerste lid, van de wet;
c. wet: Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs .
1.
Ten behoeve van de gegevensverstrekking, bedoeld in artikel 14b, eerste lid, van de wet, levert de bewerker aan de Inspectie SZW ten minste eenmaal per kwartaal een overzicht aan van op dat moment gecertificeerde ondernemingen aan de hand waarvan de Inspectie SZW nagaat of deze ondernemingen of rechtspersonen een of meer wetten hebben overtreden als bedoeld in artikel 14b, eerste lid, onderdelen a tot en met d, van de wet.
2.
Het in het eerste lid genoemde overzicht wordt vastgesteld aan de hand van de door de certificerende instellingen aan de bewerker verstrekte gegevens van gecertificeerde ondernemingen.
3.
De Inspectie SZW verstrekt ten minste eenmaal per kwartaal aan de hand van het door de bewerker verstrekte overzicht, bedoeld in het eerste lid, door tussenkomst van de bewerker aan de certificerende instelling de volgende gegevens:
a. de naam-, adres- en vestigingsgegevens en het KvK-vestigingsnummer van een onderneming of rechtspersoon als bedoeld in artikel 7a van de wet die een of meer van de bepalingen, genoemd in artikel 14b, eerste lid, onderdelen a tot en met d, van de wet niet heeft nageleefd;
b. de aard van de overtreding, het aantal overtredingen, de datum waarop overtreding van een of meer van de bepalingen, genoemd in artikel 14b, eerste lid, onderdelen a tot en met d, van de wet is geconstateerd alsmede de datum waarop de boetebeschikking is gedagtekend.
4.
De door de Inspectie SZW verstrekte gegevens gaan niet verder terug dan twee jaar voorafgaand aan de datum waarop de Inspectie SZW het overzicht, bedoeld in het eerste lid, van de bewerker heeft ontvangen.
5.
In dit artikel wordt verstaan onder KvK-vestigingsnummer: een door een Kamer van Koophandel toegekend uniek nummer aan een vestiging van een onderneming in het handelsregister, bedoeld in artikel 14, eerste lid, aanhef en onderdeel a, van de Handelsregisterwet 2007.
1.
Ten behoeve van de gegevensverstrekking, bedoeld in artikel 14b, tweede lid, van de wet, levert de bewerker aan de rijksbelastingdienst ten minste eenmaal per kwartaal een overzicht van gecertificeerde ondernemingen of rechtspersonen aan de hand waarvan de rijksbelastingdienst nagaat of zich ten aanzien van deze ondernemingen of rechtspersonen een omstandigheid heeft voorgedaan als bedoeld in artikel 14b, tweede lid, onderdelen a tot en met d, van de wet.
2.
Het in het eerste lid genoemde overzicht wordt vastgesteld aan de hand van de door de certificerende instellingen aan de bewerker verstrekte gegevens van gecertificeerde ondernemingen.
3.
De rijksbelastingdienst verstrekt ten minste eenmaal per kwartaal aan de hand van het door de bewerker verstrekte overzicht, bedoeld in het eerste lid, door tussenkomst van de bewerker aan de certificerende instelling de volgende gegevens:
a. de naam-, adres- en vestigingsgegevens van de onderneming of rechtspersoon;
b. de indicatie of de onderneming of rechtspersoon in haar, onderscheidenlijk zijn, hoedanigheid van belastingplichtige voor de omzetbelasting of als inhoudingsplichtige in de zin van de Wet op de loonbelasting 1964 dan wel als werkgever in de zin van de Wet financiering sociale verzekeringen optreedt;
4.
De gegevens, bedoeld in het derde lid, zijn de actuele gegevens zoals die bij de rijksbelastingdienst bekend zijn op het moment waarop die gegevens in een overzicht aan de bewerker worden verstrekt, waarbij:
a. voor de gegevens, bedoeld in artikel 14b, tweede lid, onderdeel a, van de wet, bepalend is of de aldaar genoemde omstandigheid in de voorafgaande rapportageperiode is ontstaan;
b. voor de gegevens, bedoeld in artikel 14b, tweede lid, onderdelen b en c, van de wet, bepalend is of de aldaar genoemde omstandigheden ten hoogste tien jaar voorafgaand aan het einde van de voorafgaande rapportageperiode zijn ontstaan en de betreffende betalingen aan het einde van die rapportageperiode nog steeds niet volledig zijn gedaan;
c. voor het gegeven dat een vergrijpboete is opgelegd vanwege een omstandigheid als bedoeld in artikel 14b, tweede lid, onderdeel d, van de wet, bepalend is of deze omstandigheid in de voorafgaande rapportageperiode is ontstaan;
d. voor het gegeven dat de ambtenaar, bedoeld in artikel 84 van de Algemene wet inzake rijksbelastingen, contact heeft met het Openbaar ministerie in het kader van de vervolging en berechting van bij de belastingwet strafbaar gestelde feiten vanwege een omstandigheid als bedoeld in artikel 14b, tweede lid, onderdeel d, van de wet, bepalend is de periode waarin deze omstandigheid bestaat.
Artikel 2:3
De gegevens, bedoeld in de artikelen 2:1 en 2:2, die door de Inspectie SZW en de rijksbelastingdienst via de bewerker worden verstrekt aan de certificerende instellingen, worden door de certificerende instellingen en de bewerker vernietigd na een periode van maximaal vijf jaar, te rekenen vanaf de datum van ontvangst van het gegeven met dien verstande dat bij verlies van het certificaat door een onderneming of rechtspersoon, de certificerende instellingen en de bewerker de gegevens vernietigen na een periode van een half jaar, te rekenen vanaf de datum waarop de onderneming of rechtspersoon het certificaat heeft verloren.
Artikel 2:4
De certificerende instelling en de bewerker dragen zorg voor de nodige voorzieningen van technische en organisatorische aard ter beveiliging van de verkregen gegevens tegen verlies of aantasting van deze gegevens als bedoeld in de artikelen 13 en 14, eerste lid, van de Wet bescherming persoonsgegevens, en tegen onbevoegde kennisneming, opneming, wijziging, verwijdering of verstrekking van deze gegevens. Deze voorzieningen omvatten ten minste de volgende onderwerpen:
a. maatregelen gericht op personen die werkzaam zijn voor de certificerende instelling;
b. maatregelen gericht op de toegang tot gebouwen en ruimten waarin de gegevens aanwezig zijn;
c. maatregelen gericht op het beheer van de gegevens, waaronder maatregelen gericht op de technische beveiliging tegen onbevoegde digitale toegang tot de opgeslagen gegevens;
d. maatregelen voor het geval de geheimhouding van de vermelde gegevens is geschaad; en
e. maatregelen ter voorkoming van calamiteiten en het afhandelen daarvan.
1.
De certificerende instelling verstrekt aan de inspecterende functionarissen die namens de certificerende instellingen handelen een schriftelijke instructie en gedragsregels om te waarborgen dat de gegevens slechts worden verwerkt voor de beoordeling van de geldigheid van een afgegeven certificaat alsmede hoe daarop wordt toegezien.
2.
De certificerende instelling verstrekt een kopie van de instructie, bedoeld in het eerste lid, aan de bewerker en meldt aan de bewerker of inspecterende functionarissen voorvallen waarin in strijd met deze instructie is gehandeld.
3.
De bewerker verstrekt jaarlijks een verslag aan de Inspectie SZW en de rijksbelastingdienst over de maatregelen die zijn getroffen naar aanleiding van de gegevens die op basis van de wet door de Inspectie SZW en de rijksbelastingdienst zijn verstrekt.
1.
Na een herhaling van een overtreding wordt een waarschuwing gegeven als bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de wet en indien een herhaling van die overtreding is geconstateerd als bedoeld in dat artikel van de wet, wordt een bevel opgelegd door de daartoe aangewezen ambtenaar dat de door hem aangewezen werkzaamheden voor een daarbij aangegeven periode worden stilgelegd dan wel niet mogen aanvangen.
2.
Indien een ernstige overtreding is geconstateerd, wordt in afwijking van het eerste lid, een waarschuwing als bedoeld in artikel 22, eerste lid, van de wet gegeven bij de eerste overtreding en wordt, indien opnieuw een ernstige overtreding is geconstateerd, een bevel opgelegd door de daartoe aangewezen ambtenaar dat de door hem aangewezen werkzaamheden voor een daarbij aangegeven periode worden stilgelegd dan wel niet mogen aanvangen.
3.
Als ernstige overtreding als bedoeld in het tweede lid wordt aangemerkt de overtreding waarbij ten minste 20 ter beschikking gestelde arbeidskrachten zijn betrokken.
4.
Indien de aard van de overtreding of de met de overtreding samenhangende omstandigheden dan wel de gevolgen van een stillegging van de werkzaamheden daartoe aanleiding geven, kan worden afgezien van een waarschuwing als bedoeld in het eerste en tweede lid en kan worden afgezien van een bevel als bedoeld in het eerste en tweede lid.
Artikel 3:2
Bij ministeriële regeling kan het aantal werknemers, bedoeld in artikel 3:1, derde lid, worden aangepast.
Artikel 3:3
Ernstige overtredingen in de zin van artikel 19, derde en vijfde lid, van de wet zijn de overtredingen, genoemd in artikel 3:1, derde lid.
1.
De gegevens, bedoeld in artikel 15b van de wet, worden door de toezichthouder of de door Onze Minister aangewezen ambtenaren geplaatst op een website met informatie van de toezichthouder of de door Onze Minister aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 15b, eerste lid, van de wet.
2.
De gegevens, bedoeld in artikel 15b, eerste lid, van de wet, blijven uiterlijk drie jaar na de datum van bekendmaking van het besluit, bedoeld in artikel 15b, eerste lid, dan wel na verzending van een brief met de mededeling dat er geen overtreding is geconstateerd, beschikbaar op de website.
1.
De gegevens, bedoeld in artikel 15b van de wet, betreffen:
a. de punten waarop is gecontroleerd en de wet of wetten die de grondslag daarvoor bieden;
b. de locatie waar het onderzoek heeft plaatsgevonden; en
c. de datum of periode waarop het onderzoek heeft plaatsgevonden.
2.
Indien het onderzoek heeft plaatsgevonden bij een normadressaat die is ingeschreven in het handelsregister, bedoeld in artikel 2 van de Handelsregisterwet 2007, worden in aanvulling op het eerste lid met betrekking tot de normadressaat tevens openbaar gemaakt:
a. de naam en vestigingsplaats;
b. het nummer waaronder deze staat ingeschreven in het handelsregister; en
c. de sector of branche waarin deze normadressaat zijn economische activiteiten verricht.
3.
Indien na afronding van een onderzoek geen overtreding is geconstateerd die leidt tot de besluiten, genoemd in artikel 3a:3, wordt bij de gegevens, genoemd in het eerste lid, de opmerking geplaatst dat geen overtreding is geconstateerd.
1.
In aanvulling op artikel 3a:2, eerste lid, worden indien een onderzoek door de toezichthouder of de door Onze Minister aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13, eerste lid, van de wet, wordt gevolgd door een besluit tot het opleggen van een bestuurlijke boete als bedoeld in artikel 16 van de wet of door een besluit tot bevel tot staken van de werkzaamheden als bedoeld in artikel 22, tweede lid, van de wet, de volgende gegevens met betrekking tot dat besluit openbaar gemaakt:
a. welk besluit is genomen, de artikelen van de wet die de grondslag daarvoor bieden en de datum van dat besluit; en
b. welke rechtsmiddelen tegen het besluit zijn of kunnen worden aangewend en wat hiervan de uitkomst was, of dat het besluit onherroepelijk is geworden.
2.
Indien het besluit geheel of gedeeltelijk bestaat uit een besluit tot bevel tot staken van de werkzaamheden, bedoeld in artikel 18i, eerste lid, van de wet, bevat de openbaarmaking tevens de periode waarin de werkzaamheden zijn gestaakt.
1.
De openbaarmaking van de gegevens, bedoeld in de artikelen 3a:2 en 3a:3, geschiedt niet eerder dan tien werkdagen, doch uiterlijk dertig werkdagen na de datum waarop het besluit tot openbaarmaking van deze gegevens aan belanghebbende bekend is gemaakt.
2.
Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in artikel 15b, zevende lid, van de wet, wordt de termijn van dertig werkdagen, bedoeld in het eerste lid, overeenkomstig opgeschort.
1.
Op verzoek van de belanghebbende kan een schriftelijke reactie over de openbaarmaking van de gegevens, bedoeld in de artikelen 3a:2 en 3a:3, van ten hoogste 2.000 leestekens worden gegeven, die zal worden gevoegd bij de openbaar te maken gegevens op de website met informatie van de toezichthouder of de door Onze Minister aangewezen ambtenaren.
2.
Onderdelen van de schriftelijke reactie die persoonsgegevens, bedrijfsnamen of bedrijfsgegevens van derden dan wel strafbare of aanstootgevende uitlatingen bevatten, worden niet op de website gepubliceerd.
Artikel 3a:6. Rectificatie
Indien in verband met een beslissing op bezwaar, beroep of hoger beroep wordt vastgesteld dat de gegevens, die op grond van artikel 15b van de wet, en de artikelen 3a:1 en 3a:2 openbaar zijn gemaakt, niet meer juist of volledig zijn, worden deze gegevens aangepast, binnen tien werkdagen na ontvangst van de desbetreffende beslissing door Onze Minister.
Artikel 4:1
[Wijzigt het Arbeidstijdenbesluit.]
Artikel 4:2
[Wijzigt het Arbeidsomstandighedenbesluit.]
Artikel 5:1
Het Besluit arbeidsbemiddeling wordt ingetrokken.
Artikel 5:2
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2015.
Artikel 5:3
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit allocatie arbeidskrachten door intermediairs.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.
Wassenaar, 16 april 2015
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
De Staatssecretaris van Financiën,
Uitgegeven de zevende mei 2015
De Minister van Veiligheid en Justitie,
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Begrippen
+ Hoofdstuk 2. Gegevensuitwisseling
+ Hoofdstuk 3. Preventieve stillegging van werk in verband met recidive
+ Hoofdstuk 3a. Openbaarmaking inspectiegegevens
+ Hoofdstuk 4. Wijzigingen in andere besluiten
+ Hoofdstuk 5. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht