Let op. Deze wet is vervallen op 1 juli 2013. U leest nu de tekst die gold op 30 juni 2013.

Besluit begroting en verantwoording Remigratiewet

Uitgebreide informatie
Besluit van 13 maart 2000, inzake inhoud, inrichting en tijdstip van aanbieding van schriftelijke stukken door de Sociale Verzekeringsbank ten behoeve van de uitvoering van de Remigratiewet (Besluit begroting en verantwoording Remigratiewet)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid, van 19 januari 2000, nr. CIM2000/52156;
Gelet op artikel 8c, tweede lid, van de Remigratiewet;
De Raad van State gehoord (advies van 24 februari 2000, nr. W04.00.0023/1);
Gezien het nader rapport van Onze Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid, van 6 maart 2000, nr. CIM2000/58929;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
a. wet: de Remigratiewet ;
b. begroting: de begroting, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel a, van de wet ;
c. vijfjarige raming: de vijfjarige raming, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel a, van de wet ;
d. aanvraag om een voorschot: de aanvraag om een voorschot, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel b, van de wet ;
e. tussentijdse rapportage: de tussentijdse rapportage, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel c, van de wet .
1.
De SVB biedt jaarlijks vóór 15 juli van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar de begroting en de vijfjarige raming aan Onze Minister aan.
2.
De begroting en de vijfjarige raming worden wat betreft de inhoud en de inrichting opgesteld overeenkomstig de opzet voor de sociale verzekeringsfondsen.
3.
In afwijking van het tweede lid kan Onze Minister over de inhoud en de inrichting van de begroting en de vijfjarige raming nadere regels stellen.
4.
De goedgekeurde begroting wordt vóór 15 januari van het begrotingsjaar bekend gemaakt tegelijk met de toekenning van het voorschot, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel b, van de wet .
1.
De SVB biedt jaarlijks vóór 1 december van het jaar voorafgaand aan het begrotingsjaar de aanvraag om een voorschot aan Onze Minister aan.
2.
De aanvraag om een voorschot heeft betrekking op de uitgaven en kosten, bedoeld in artikel 8b, eerste en tweede lid, van de wet .
3.
In de aanvraag om een voorschot worden het volume en de prijs vermeld die aan de berekening van het voorschot ten grondslag liggen.
4.
Indien de aanvraag om een voorschot afwijkt van de daarop betrekking hebbende begroting, dient het verschil in bedoelde aanvraag te worden gemotiveerd.
1.
Onze Minister verstrekt het voorschot aan de SVB in maandelijkse termijnen vóór de 15e van de maand op basis van het toegekende voorschot, bedoeld in artikel 2, vierde lid.
2.
Indien de tussentijdse rapportage daartoe aanleiding geeft kan het voorschot, bedoeld in het eerste lid, elk kwartaal worden aangepast.
1.
Onze Minister stelt regels over het tijdstip waarop de SVB de tussentijdse rapportage aan Onze Minister aanbiedt.
2.
De tussentijdse rapportage geeft inzicht in de gerealiseerde uitgaven en kosten, bedoeld in artikel 8b, eerste en tweede lid, van de wet , ten opzichte van de voor deze doeleinden verstrekte voorschotten, bedoeld in artikel 4, eerste lid, en ten opzichte van de vastgestelde begroting en de vijfjarige raming.
3.
Onze Minister stelt nadere regels over de inhoud en de inrichting van de tussentijdse rapportage.
1.
De SVB biedt de in artikel 8c, eerste lid, onderdeel d en e, van de wet , bedoelde schriftelijke stukken jaarlijks vóór 15 juli van het jaar volgende op het begrotingsjaar aan Onze Minister aan.
2.
De schriftelijke stukken, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel d, van de wet , worden wat betreft de inhoud en de inrichting opgesteld overeenkomstig de opzet voor de sociale verzekeringsfondsen.
3.
In afwijking van het tweede lid kan Onze Minister over de inhoud en de inrichting van de schriftelijke stukken, bedoeld in artikel 8c, eerste lid, onderdeel d, van de wet , nadere regels stellen.
Artikel 7
Dit besluit treedt in werking op het tijdstip waarop de wet in werking treedt.
Artikel 8
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit begroting en verantwoording Remigratiewet.
Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad wordt geplaatst.
's-Gravenhage, 13 maart 2000
De Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid,
Uitgegeven de achtentwintigste maart 2000
De Minister van Justitie,
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen
+ Hoofdstuk 2. Tijdstip, inhoud en inrichting van schriftelijke stukken en tijdstip van betaling van voorschotten
+ Hoofdstuk 3. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht