Besluit van 6 september 2011, houdende regeling van de verwerking van gegevens voor een samenhangend jeugdzorgbeleid op grond van de Wet op de jeugdzorg (Besluit beleidsinformatie jeugdzorg 2011)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, mede namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, van 8 juni 2011, kenmerk DWJZ-3066997;
Gelet op artikel 43 en 44, tweede en zesde lid, van de Wet op de jeugdzorg;
De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 20 juli 2011), no. W13.11.0233/III;
Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 31 augustus 2011, kenmerk DWJZ-3075074, uitgebracht mede namens de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
In dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
aanmelding in het vrijwillig kader: het eerste contact van de stichting met een persoon in het kader van de uitvoering van haar taak als bedoeld in
artikel 5, eerste lid, van de wet;
aanmelding jeugdreclassering: aanmelding door de raad voor de kinderbescherming of door de officier van justitie van een jeugdige bij jeugdreclassering;
aanspraak: het recht van een cliënt op de zorg zoals dat ontstaan is door het vaststellen van het indicatiebesluit of een daaraan gelijkgesteld document, óf door een besluit in een crisissituatie;
Casusoverleg Bescherming: overleg tussen de stichting en de raad voor de kinderbescherming over een door de stichting of de raad ingebrachte melding, waarin wordt besloten of de raad naar aanleiding van de ingebrachte melding een onderzoek start en wordt besproken op welke wijze de veiligheid van de jeugdige kan worden gewaarborgd tot het einde van de keten;
de wet: de
Wet op de jeugdzorg ;
gesloten jeugdzorg: onderdeel van een cliënttraject, waarbij de jeugdige met een machtiging voor gesloten jeugdzorg in de zin van
artikel 29b van de wet in een accommodatie als bedoeld in artikel 29k van de wet verblijft en gedurende dat verblijf jeugdzorg ontvangt;
leefsituatie: de situatie waarin de jeugdige duurzaam verblijft overeenkomstig de categorie adoptief gezin, één-oudergezin, meer-oudergezin, pleeggezin, residentieel, zelfstandig, zwervend, anders, dan wel onbekend;
traject jeugdbescherming: onderdeel van een cliënttraject, waarbij een of meer aaneensluitende maatregelen betreffende beperking dan wel beëindiging van het ouderlijk gezag zijn opgelegd;
traject jeugdreclassering: onderdeel van een cliënttraject, waarbij door de jeugdreclassering een of meer aaneensluitende maatregelen worden uitgevoerd;
verblijfsituatie: de situatie waarin de jeugdige verblijft overeenkomstig de categorie gesloten jeugdzorg, pleeggezin, residentieel, thuis, verblijf GGZ, dan wel overigen;
zorgtraject: onderdeel van een cliënttraject, waarbij een zorgaanbieder als bedoeld in
artikel 18 van de wet jeugdzorg aanbiedt waarop ingevolge de wet aanspraak bestaat, uitgezonderd gesloten jeugdzorg;
zorgvorm: de vorm van jeugdzorg die de cliënt ontvangt overeenkomstig de categorie jeugdhulp, verblijf accommodatie exclusief gesloten jeugdzorg, verblijf accommodatie deeltijd, verblijf gesloten, dan wel verblijf pleegzorg.
Artikel 2
Voor de verwerking van de gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet, registreert de stichting in geval van verwijzing naar een voorliggende voorziening de opgegeven woonplaats van de jeugdige.
c.
het geboorteland of de geboortestreek, alsmede het geboorteland of de geboortestreek van de ouders.
b.
bij aanvang van gesloten jeugdzorg: de leefsituatie van de jeugdige;
c.
bij aanvang van een zorgtraject: de gemeente waar de jeugdige volgens de basisregistratie personen zijn adres heeft.
1.
Voor de verwerking van de gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet, registreert de stichting van elke aanmelding in het vrijwillig kader de datum van aanmelding en of de aanmelding leidt tot een vervolg.
2.
Indien de aanmelding in het vrijwillig kader leidt tot een vervolg, registreert de stichting of sprake is van:
a.
een vervolg binnen de stichting;
b.
een verwijzing naar een voorliggende voorziening, of
c.
het verstrekken van informatie en advies.
a.
de datum waarop de stichting aanvangt met het cliënttraject;
b.
of het cliënttraject is gestart in het vrijwillig kader dan wel met de uitvoering van een maatregel jeugdreclassering of een maatregel jeugdbescherming;
c.
of sprake is van spoedeisende zorg;
d.
de datum waarop de stichting het cliënttraject beëindigt.
Artikel 7
Voor de verwerking van de gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet, registreert de stichting bij de aanvang van een cliënttraject in het vrijwillig kader, of sprake is van een aanmelding:
a.
via een beroepsmatige verwijzer;
b.
op eigen initiatief van een cliënt;
c.
op basis van signalen van een derde.
a.
de datum van vestiging van de aanspraak;
Artikel 9
Voor de verwerking van de gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet, dragen de stichting en de raad voor de kinderbescherming ten aanzien van elke door hen in het overleg ingebrachte casus die in het Casusoverleg Bescherming wordt besproken, zorg voor registratie van het gegeven:
a.
of de casus is ingebracht door de stichting of de raad voor de kinderbescherming;
b.
de datum van de eerste bespreking in het Casusoverleg Bescherming;
c.
of het Casusoverleg Bescherming besluit de behandeling voort te zetten en zo ja, of behandeling geschiedt door de stichting of de raad voor de kinderbescherming
a.
de aanvangsdatum van het verlenen van de zorg;
b.
de einddatum van het verlenen van de zorg.
2.
Voor de verwerking van de gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet, registreert de stichting per cliënt over het door zorgaanbieders verlenen van ambulante jeugdzorg zonder indicatiebesluit de aanvangsdatum van het verlenen van de zorg.
a.
de aanvangsdatum van het zorgtraject dan wel de gesloten jeugdzorg;
b.
de einddatum van het zorgtraject dan wel de gesloten jeugdzorg;
c.
de zorgvorm die wordt verleend;
d.
de aanvangsdatum van de verlening van de zorgvorm;
e.
de einddatum van de verlening van de zorgvorm.
a.
de datum waarop de kinderrechter de maatregel jeugdbescherming heeft opgelegd;
b.
welke maatregel jeugdbescherming is toegepast;
c.
de aanvangsdatum van het traject jeugdbescherming;
d.
de verblijfsituatie van de jeugdige;
e.
de datum van het eerste contact;
g.
de reden waarom de maatregel jeugdbescherming eindigt;
h.
de einddatum van het traject jeugdbescherming;
i.
de aanvangsdatum van de uithuisplaatsing;
j.
de einddatum van de uithuisplaatsing.
a.
de datum van de aanmelding voor jeugdreclassering;
b.
de modaliteit jeugdreclassering;
c.
de aanvangsdatum van het traject jeugdreclassering;
d.
de datum van het eerste contact met jeugdreclassering;
f.
de aanvangsdatum van de uitvoering van de modaliteit jeugdreclassering;
g.
de einddatum van de uitvoering van de modaliteit jeugdreclassering;
h.
de einddatum van het traject jeugdreclassering.
a.
het type eerste contact;
b.
de hoedanigheid van de melder;
c.
de datum van de melding van kindermishandeling of een vermoeden daarvan;
e.
of het onderzoek heeft geleid tot de vaststelling van kindermishandeling;
f.
het vervolg voor de jeugdige naar aanleiding van het onderzoek.
1.
De in de
artikelen 2 tot en met 15 bedoelde gegevens worden zodanig geregistreerd dat het mogelijk is kruiselingse verbanden te leggen tussen de gegevens die op grond van dit besluit geregistreerd moeten worden.
2.
De gegevens worden ook overigens op zodanige wijze geregistreerd dat zij op eenvoudige wijze in kwantitatieve en kwalitatieve zin zijn te verwerken tot beleidsinformatie voor het beleid, bedoeld in
artikel 42 van de wet.
a.
de datum van meldingen bij de raad op grond waarvan een maatregel met betrekking tot het gezag over een minderjarige overwogen dient te worden met een aanduiding van de instantie of de hoedanigheid van de melder en het vervolg dat aan de melding wordt gegeven;
b.
de datum en aard van een verzoek van de raad waarin de rechter wordt verzocht een maatregel met betrekking tot het gezag te nemen;
c.
de datum van aanvang en einde van het onderzoek van de raad om te bepalen of een maatregel met betrekking tot het gezag overwogen dient te worden;
d.
de datum waarop de raad, na onderzoek om te bepalen of een maatregel met betrekking tot het gezag als bedoeld onder a overwogen dient te worden, tot de conclusie komt dat verdere bemoeienis van de raad niet meer noodzakelijk is en de raad de cliënt adviseert zich elders voor hulp te vervoegen.
1.
De aanvaarde rechtspersoon registreert ten behoeve van de verstrekking van gegevens aan Onze Minister van Veiligheid en Justitie, bedoeld in
artikel 44, tweede lid, van de wet, per minderjarige de volgende gegevens die verband houden met de taken en bevoegdheden van de aanvaarde rechtspersoon op grond van
Boek 1 van het Burgerlijk Wetboek :
a.
de datum van aanmelding;
d.
het geboorteland of de geboortestreek, alsmede het geboorteland of de geboortestreek van zijn ouders;
g.
de gemeente waar de jeugdige volgens de basisregistratie personen zijn adres heeft;
h.
de soort verblijfsvergunning.
d.
de datum waarop de rechter een machtiging tot uithuisplaatsing heeft gegeven en de duur van de machtiging;
1.
De stichting verwerkt ten behoeve van de verstrekking van de gegevens, bedoeld in
artikel 44, eerste lid van de wet, de krachtens dit besluit te registreren persoonsgegevens tot niet tot de persoon herleidbare gegevens.
2.
De stichting verstrekt geen persoonsgegevens ten behoeve van de verwerking van gegevens, bedoeld in
artikel 42 van de wet.
1.
Voor het verstrekken door de stichting van gegevens, als bedoeld in
artikel 44, eerste lid van de wet, en door de zorgaanbieders ten behoeve van het verstrekken van de gegevens als bedoeld in
artikel 20 en artikel 44, tweede lid, van de wet, bepalen Onze Ministers met het oog op de registratie, bedoeld in de
artikelen 2 tot en met 15, bij ministeriële regeling:
a.
de wijze waarop de gegevens worden geregistreerd;
b.
welke gegevens worden verstrekt en de wijze waarop deze worden verstrekt;
c.
de tijdvakken waarop de gegevens die worden verstrekt betrekking hebben;
d.
de termijnen waarbinnen de gegevens worden verstrekt.
2.
Bij de regeling, bedoeld in het eerste lid, kan worden verwezen naar een door Onze Ministers goed te keuren informatieprotocol.
1.
De
artikelen 20 en
21 zijn van overeenkomstige toepassing op de raad voor de kinderbescherming en de aanvaarde rechtspersoon voor het verstrekken van gegevens als bedoeld in
artikel 44, tweede lid, met dien verstande dat de raad en de aanvaarde rechtspersoon geen gegevens verstrekken aan zorgverzekeraars.
2.
Artikel 16 is van overeenkomstige toepassing op de aanvaarde rechtspersoon.
3.
De raad voor de kinderbescherming en de aanvaarde rechtspersoon verstrekken op verzoek van Onze Minister van Veiligheid en Justitie of gedeputeerde staten van de betrokken provincie gegevens met het oog op de registratie, bedoeld in de
artikelen 17 en
18, ten behoeve van de verwerking, bedoeld in
artikel 42, van de wet.
1.
Voor het verstrekken door gedeputeerde staten van de betrokken provincies van gegevens aan Onze Ministers, bedoeld in
artikel 44, derde lid, van de wet, bepalen Onze Ministers bij ministeriële regeling:
a.
welke gegevens worden verstrekt;
b.
de wijze waarop de gegevens worden verstrekt;
c.
de tijdvakken waarop de gegevens die worden verstrekt betrekking hebben;
d.
de termijnen waarbinnen de gegevens worden verstrekt.
2.
Bij de regeling, bedoeld in het eerste lid, kan worden verwezen naar een door Onze Ministers goed te keuren informatieprotocol.
Artikel 24
[Wijzigt het Uitvoeringsbesluit Wet op de jeugdzorg.]
Artikel 25
Het
Besluit beleidsinformatie jeugdzorg wordt ingetrokken.
Artikel 26
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst en werk terug tot en met 1 januari 2011.
Artikel 27
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit beleidsinformatie jeugdzorg 2011.
’s-Gravenhage, 6 september 2011
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
De Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie,
Uitgegeven de derde november 2011
De Minister van Veiligheid en Justitie,