1.
Indien ter zake van het overlijden van een deelnemer of gepensioneerde recht op partnerpensioen krachtens dit besluit ontstaat, heeft de partner die recht heeft op dat pensioen, anders dan een pensioen waarop artikel 20 van toepassing is, recht op een toeslag voor de tijd die bij de berekening van zijn pensioen in aanmerking is genomen, indien de partner geen recht of niet langer recht heeft op een nabestaandenuitkering ingevolge de Algemene nabestaandenwet .
2.
De toeslag bedraagt per voor diensttijd in aanmerking te nemen jaar, met een maximum van 40 jaar, 2,5 procent van de ingevolge de artikelen 14 en 30 van de Algemene nabestaandenwet vastgestelde nabestaandenuitkering, vermenigvuldigd met de factor
a. 0,85, indien het overlijden een gevolg is van:
1°. andere oorzaken dan verwonding, ziekten of gebreken als bedoeld in artikel E 11 van de Amp-wet of daarmee overeenkomende bepalingen in een vroegere militaire pensioenwet in de zin van die wet, terwijl de militair op het moment van zijn overlijden op grond of mede op grond van die verwonding, ziekten of gebreken recht op militair pensioen kon of zou kunnen doen gelden, hetzij
2°. verwonding, ziekten of gebreken als bedoeld in artikel E 11a van de Amp-wet, dan wel;
b. 0,75 indien onderdeel a, onder 1° of 2° niet van toepassing is, terwijl de militair op het moment van zijn overlijden op grond of mede op grond van de in dat onderdeel, onder 2°, bedoelde verwonding, ziekten of gebreken recht op militair pensioen kon of zou kunnen doen gelden.
3.
Indien de partner bij de toekenning van het partnerpensioen geen recht heeft op een nabestaandenuitkering ingevolge de Algemene nabestaandenwet en jonger is dan 40 jaar, wordt de toeslag toegekend voor een periode van 12 maanden.
4.
Het recht op de toeslag gaat in met ingang van de maand waarin wordt voldaan aan de voorwaarden voor het recht.
5.
Het recht op de toeslag vervalt:
a. met ingang van de eerste dag van de maand waarin de partner de 65-jarige leeftijd bereikt;
b. met ingang van de maand volgend op die waarin de partner op wiens toeslag de factor, genoemd in het tweede lid, onderdeel a van toepassing is, na het overlijden ter zake waarvan hij aanspraak heeft op pensioen huwt;
c. met ingang van de maand volgend op die waarin de partner op wiens toeslag de factor, genoemd in het tweede lid, onderdeel b van toepassing is, na het overlijden ter zake waarvan hij aanspraak heeft op pensioen huwt dan wel als partner wordt geregistreerd of aangemerkt, of als ongehuwd samenwonend als bedoeld in de Algemene nabestaandenwet wordt aangemerkt;
6.
De toeslag is geen pensioen als bedoeld in artikel 1, onderdeel g tot en met o .
7.
In afwijking van het tweede lid van dit artikel bedraagt de toeslag op een pensioen dat naar invaliditeit met dienstverband is berekend of een pensioen dat wordt afgeleid van een eigen pensioen waarop artikel F 7, zestiende lid, van de Amp-wet is toegepast, en een berekening naar diensttijd niet mogelijk is, zoveel zeventigste gedeelten van de in het tweede lid bedoelde nabestaandenuitkering, als wordt aangegeven door het berekeningspercentage, waarnaar het eigen pensioen, waarvan het partnerpensioen moet worden afgeleid, wordt vastgesteld, met dien verstande dat
a. dat die breuk niet leidt tot een hogere uitkomst dan de ingevolge de Algemene nabestaandenwet vastgestelde nabestaandenuitkering;
b. vervolgens de in het tweede lid bedoelde vermenigvuldigingsfactor 0,85 of 0,75 op die uitkomst wordt toegepast.
8.
Voor de vaststelling van de toeslag wordt de te hanteren nabestaandenuitkering ingevolge de Algemene nabestaandenwet vastgesteld op een jaarbedrag en verhoogd met de vakantie-uitkering.
9.
De toeslag wordt met ingang van 1 januari en 1 juli nader vastgesteld aan de hand van de ontwikkeling van de uitkeringsbedragen ingevolge de Algemene nabestaandenwet vanaf 1 juli 1999.
Inhoudsopgave
+ § 1. Algemene bepalingen
+ § 2. Werkingssfeer en onderzoek naar toepasselijkheid
+ § 3. Pensioenaanspraken en pensioenberekening
+ § 4. Toekenning, einde en betaling van de nabestaandenpensioenen
- § 5. Tijdelijke regels
+ § 6. Overgangsrecht
+ § 7. Inwerkingtreding en citeertitel
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht