Besluit van 1 december 1986, houdende regels betreffende de vergoeding voor het verstrekken van fotocopieën, bedoeld in artikel 29, tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet (Stb. 1986, 360)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 17 juli 1986, Directie Verzetsdeelnemers en Vervolgden, nr. U 8604 II;
Gelet op artikel 29, tweede lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet ( Stb. 1986, 360);
Gehoord de Buitengewone Pensioenraad, de Stichting Pelita en de Commissie Indisch Verzet;
De Raad van State gehoord (advies van 3 september 1986, nr. W13.86.0396);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur van 14 november 1986, Directie Verzetsdeelnemers en Vervolgden, nr. WJZ-U-9056;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
Voor het verstrekken van afschriften van bescheiden die betrekking hebben op beslissingen als bedoeld in
artikel 28, eerste lid, van de Wet buitengewoon pensioen Indisch verzet ( Stb. 1986, 360) geldt als tarief van de voor die afschriften verschuldigde vergoeding, het tarief dat ingevolge de
Wet openbaarheid van bestuur ( Stb. 1978, 581) is verschuldigd als vergoeding voor het verstrekken van fotocopieën.
Artikel 2
Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
's-Gravenhage, 1 december 1986
De Minister van Welzijn, Volksgezondheid en Cultuur,
Uitgegeven de vijftiende januari 1987
De Minister van Justitie,