Besluit van 21 mei 2003, houdende regels met betrekking tot de prijsaanduiding van producten ter vervanging van het Besluit prijsaanduiding goederen 1980 in verband met de aanpassing aan de systematiek en de terminologie van de EG-richtlijn betreffende de prijsaanduiding van aan de consument aangeboden producten (Besluit prijsaanduiding producten)
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Economische Zaken van 2 oktober 2002, nr. WJZ 02048730;
Gelet op richtlijn nr. 98/6/EG van het Europees Parlement en de Raad van de Europese Unie van 16 februari 1998 betreffende de bescherming van de consument inzake de prijsaanduiding van aan de consument aangeboden producten (PbEG L 80) en op artikel 2b, eerste lid, onder a en b, van de Prijzenwet;
De Raad van State gehoord (advies van 13 januari 2003, nr. W10.020452/II);
Gezien het nader rapport van Onze Minister van Economische Zaken van 16 mei 2003, nr. WJZ3005025;
Hebben goedgevonden en verstaan:
Artikel 1
In dit besluit wordt verstaan onder:
a.
verkoopprijs: de uiteindelijke prijs voor een eenheid van een product of een gegeven hoeveelheid van een product, met inbegrip van de omzetbelasting en alle overige belastingen;
b.
prijs per meeteenheid: de prijs voor de meeteenheid die bij de verkoop van een product wordt gebruikt, met inbegrip van de omzetbelasting en alle overige belastingen;
c.
verkoper: iedere natuurlijke of rechtspersoon die producten te koop aanbiedt aan consumenten in het kader van zijn handels-, beroeps- of bedrijfsactiviteit;
d.
consument: iedere natuurlijke persoon die een product koopt voor doeleinden die niet onder zijn handels-, beroeps- of bedrijfsactiviteit vallen;
e.
los verkocht product: een product dat niet vooraf wordt verpakt en in de tegenwoordigheid van de consument wordt gemeten of gewogen.
1.
De prijs per meeteenheid wordt uitgedrukt in een van de volgende meeteenheden danwel de decimale veelvouden of fracties hiervan:
a.
in het geval de hoeveelheid van een product is aangegeven in volume: 1 kubieke meter of 1 liter, met dien verstande dat de meeteenheid 0,1 liter ook kan worden weergegeven als 1 deciliter, 10 centiliter of 100 milliliter;
b.
in het geval de hoeveelheid van een product is aangegeven in gewicht: 1 ton, 1 kilogram of 100 gram;
c.
in het geval de hoeveelheid van een product is aangegeven in lengte: 1 meter;
d.
in het geval de hoeveelheid van een product is aangegeven in oppervlakte: 1 vierkante meter.
2.
Indien op een voorverpakt product dat bestaat uit een vast bestanddeel en een opgietvloeistof, het uitlekgewicht wordt vermeld ingevolge Bijlage IX, punt 5, van verordening (EU) nr. 1169/2011 van het Europees Parlement en de Raad van 25 oktober 2011 betreffende de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten (PbEU 2011, L 304) of
artikel 21, eerste lid, van het Hoeveelheidsaanduidingenbesluit (Warenwet), heeft de aanduiding van de prijs per meeteenheid betrekking op het vaste bestanddeel van het product.
1.
Een verkoper biedt een product, dan wel een monster met gebruikmaking waarvan een product wordt aangeboden, voor zover dat product of monster ter plaatse aanwezig is, slechts te koop aan indien het voorzien is van een aanduiding van de verkoopprijs en de prijs per meeteenheid.
2.
De verkoopprijs en de prijs per meeteenheid behoeft niet te worden aangeduid voor een product, vermeld in bijlage I.
3.
In afwijking van het eerste lid behoeft de prijs per meeteenheid niet te worden vermeld indien:
a.
voor het product geen verplichting tot hoeveelheidsaanduiding bestaat op grond van communautaire of nationale regelgeving;
b.
de prijs per meeteenheid van een product identiek is aan de verkoopprijs of
c.
een product wordt verkocht op een wijze als beschreven in bijlage II.
4.
In afwijking van het eerste lid behoeft de verkoopprijs niet te worden vermeld op los verkochte producten.
1.
De aanduiding van de verkoopprijs en de prijs per meeteenheid vindt plaats op, in of nabij het product of het monster, dan wel op de verpakking of op het voorwerp, waarin het zich bevindt. Ten aanzien van elke nabij een product of een monster vermelde verkoopprijs en prijs per meeteenheid blijkt duidelijk op welk product deze aanduiding betrekking heeft.
2.
De aanduiding van de verkoopprijs en prijs per meeteenheid:
a.
is bevattelijk en ondubbelzinnig;
b.
is in de munteenheid euro uitgedrukt;
c.
bevat, voor zover dat voor een goed begrip van de verkoopprijs en prijs per meeteenheid noodzakelijk is, een aanduiding van de verkoopeenheid en
d.
is, zo nodig na een oppervlakkig onderzoek, van nabij duidelijk leesbaar, tenzij een product of een monster is uitgestald op de wijze, bedoeld in het derde lid.
3.
Indien een product of monster in een etalage is uitgestald is de aanduiding van de verkoopprijs duidelijk leesbaar van buiten die etalage.
1.
Indien een verkoper, die in een reclame-uiting producten aan de consument te koop aanbiedt, daarbij de verkoopprijs of de prijs per meeteenheid bekend maakt, zijn de
artikelen 2,
3 en
4, tweede lid, van dit besluit van toepassing.
Artikel 6
Het
Besluit prijsaanduiding goederen 1980 wordt ingetrokken.
Artikel 7
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst.
Artikel 8
De wet van 18 april 2002 houdende wijziging van de Prijzenwet in verband met de systematiek en de terminologie van de EG-richtlijn betreffende prijsaanduiding van aan de consument aangeboden producten (Stb. 217), treedt in werking op het tijdstip, waarop dit besluit in werking treedt.
Artikel 9
Dit besluit wordt aangehaald als: Besluit prijsaanduiding producten.
's-Gravenhage, 21 mei 2003
De Minister van Economische Zaken,
Uitgegeven de tiende juni 2003
De Minister van Justitie,