1.
Gedurende de eerste zes maanden na de datum van aanstelling heeft de ambtenaar van politie aanspraak op vakantie-uren naar rato van 1/12 gedeelte van het conform de artikelen 33 en 34 berekende aantal vakantie-uren voor iedere volle kalendermaand dat hij zijn functie heeft uitgeoefend, tenzij hij onmiddellijk voorafgaand aan de aanstelling, een onderbreking van veertien dagen of minder buiten beschouwing gelaten, reeds ten minste zes maanden onafgebroken in dienst van de staat of het openbaar lichaam Bonaire, Sint Eustatius of Saba.
2.
Het aantal vakantie-uren waarop de ambtenaar van politie na toepassing van dit artikel over een kalenderjaar aanspraak heeft, wordt zo nodig naar beneden afgerond op hele uren.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk I. Algemeen
+ Hoofdstuk II. Aanstelling, beoordeling en bezoldiging
+ Hoofdstuk III. Arbeids- en rusttijden
- Hoofdstuk IV. Vakantie
+ Hoofdstuk V. Vrijstelling van dienst
+ Hoofdstuk VI. Buitengewoon verlof
+ Hoofdstuk VII. Voorzieningen in verband met ziekte, ongeval, zwangerschap en bevalling
+ Hoofdstuk VIIa. Taken vrijwillige ambtenaren aangesteld voor de uitvoering van de politietaak
+ Hoofdstuk VIIb. Geweldsbeheersing, aanhoudings- en zelfverdedigingsvaardigheden
+ Hoofdstuk VIII. Overige rechten en verplichtingen van de ambtenaar van politie
+ Hoofdstuk IX. Disciplinaire straffen
+ Hoofdstuk X. Schorsing en ontslag.
+ Hoofdstuk XI. Bezwaar
+ Hoofdstuk XII. Overgangs- en slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht