De ambtenaar van politie die zorg draagt voor een persoon genoemd in het vierde lid, heeft aanspraak op buitengewoon verlof wegens calamiteiten met behoud van volle bezoldiging.
Onder calamiteit wordt verstaan ziekte of een andere onverwachte gebeurtenis waardoor een noodsituatie ontstaat in de verzorging van een in het vierde lid genoemde persoon.
Het verlof is bedoeld voor de eerste opvang en het treffen van verdere voorzieningen en bedraagt maximaal 8 werkuren per calamiteit voor maximaal 3 calamiteiten per kalenderjaar.
De personen voor wier verzorging het buitengewoon verlof kan worden verleend zijn: de echtgenote, ouders, stiefouders, pleegouders, schoonouders, kinderen, stiefkinderen, pleegkinderen en aangehuwde kinderen van de ambtenaar van politie.
Onze Minister kan verlangen dat de ambtenaar van politie achteraf aannemelijk maakt dat sprake was van een noodsituatie. Indien betrokkene daar naar het oordeel van Onze Minister niet in slaagt, worden de opgenomen uren in mindering gebracht op zijn vakantie-uren.
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.