1.
Buitengewoon verlof van korte duur kan verder voor ten hoogste 522 werkuren per kalenderjaar worden verleend, indien Onze Minister van oordeel is dat daartoe aanleiding bestaat.
2.
Tijdens dit buitengewoon verlof heeft de ambtenaar van politie aanspraak op volle bezoldiging gedurende de eerste 174 werkuren en op vijftig procent van zijn volle bezoldiging gedurende de overige werkuren.
3.
Het buitengewoon verlof kan voor zover dat is verleend voor meer dan 174 werkuren, indien dringende redenen van dienstbelang dat vorderen, door Onze Minister worden ingekort tot minimaal 174 werkuren.
4.
Indien de ambtenaar van politie schade lijdt door de inkorting wordt de geldelijke schade hem ten laste van de staat vergoed.
5.
Onze Minister kan nadere regels stellen omtrent de gevallen waarin het eerste lid toegepast kan worden.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk I. Algemeen
+ Hoofdstuk II. Aanstelling, beoordeling en bezoldiging
+ Hoofdstuk III. Arbeids- en rusttijden
+ Hoofdstuk IV. Vakantie
+ Hoofdstuk V. Vrijstelling van dienst
- Hoofdstuk VI. Buitengewoon verlof
+ Hoofdstuk VII. Voorzieningen in verband met ziekte, ongeval, zwangerschap en bevalling
+ Hoofdstuk VIIa. Taken vrijwillige ambtenaren aangesteld voor de uitvoering van de politietaak
+ Hoofdstuk VIIb. Geweldsbeheersing, aanhoudings- en zelfverdedigingsvaardigheden
+ Hoofdstuk VIII. Overige rechten en verplichtingen van de ambtenaar van politie
+ Hoofdstuk IX. Disciplinaire straffen
+ Hoofdstuk X. Schorsing en ontslag.
+ Hoofdstuk XI. Bezwaar
+ Hoofdstuk XII. Overgangs- en slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht