1.
De eigenaar van een vaartuig dient, alvorens het als vissersvaartuig in gebruik te nemen, een aanvraag in voor inschrijving in het visserijregister op een door Onze Minister vast te stellen en beschikbaar te stellen formulier.
2.
Onze Minister kan regels stellen omtrent het in het eerste lid bedoelde formulier en de bescheiden die overgelegd worden bij de in het eerste lid bedoelde aanvraag.
3.
Inschrijving in het visserijregister vindt slechts plaats indien:
a. het formulier, bedoeld in het eerste lid, volledig en naar waarheid is ingevuld en is ondertekend;
b. is voldaan aan het tweede lid, en
c. Onze Minister geen reden heeft de juistheid van de bij de aanvraag vermelde opgaven of verstrekte gegevens in twijfel te trekken.
4.
Onze Minister kan besluiten tot doorhaling van een inschrijving in het visserijregister indien blijkt dat de door de eigenaar van het desbetreffende vissersvaartuig bij zijn aanvraag vermelde opgaven of verstrekte gegevens niet overeenstemmen met de werkelijkheid.
Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Artikel 6a
Artikel 7
Artikel 8
Artikel 9
Artikel 10
Artikel 10a
Artikel 11
Artikel 12
Artikel 13
Artikel 14
Artikel 15
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht
Jurisprudentie
Voorbeelden van het gebruik van deze artikel(en) in rechterlijke uitspraken