Let op. Deze wet is vervallen op 1 september 2010. U leest nu de tekst die gold op 31 augustus 2010.

Besluit tot instelling van een bedrijfscommissie voor de Houtindustrie, de Industriële Groothandel in Hout en de Bosbouw

Uitgebreide informatie
Besluit van de Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad van 22 december 1999 tot instelling van een bedrijfscommissie voor de Houtindustrie, de Industriële Groothandel in Hout en de Bosbouw
De Bestuurskamer van de Sociaal-Economische Raad;
Gelet op de artikelen 37 en 38 van de Wet op de ondernemingsraden;
Gelet op artikel 3 van de Delegatieverordening Bestuurskamer (RE 7/1994);
Gehoord de naar het oordeel van de Raad voor het desbetreffende deel van het bedrijfsleven representatieve organisaties van ondernemers en van werknemers;
Besluit:
Artikel 1
Dit besluit verstaat onder houtindustrie, industriële groothandel in hout respectievelijk bosbouw de navolgende activiteiten:
a. houtindustrie:
1. de ondernemingen waarin fabrieksmatig worden vervaardigd:
houten emballage en verpakkingsmiddelen, pallets en stellingen;
deuren, ramen, kozijnen, keukens, trappen, kasten, timmerwerk;
fineer, triplex, meubelplaat;
parket- en hardhoutvloeren;
borstelwerk, kwasten en penselen;
klompen;
huishoudelijke artikelen, geheel of gedeeltelijk van hout, speelgoederen, sportartikelen, houten gereedschappen en onderdelen daarvan;
houten technische artikelen ten behoeve van bedrijfs- en beroepsmatige gebruikers en van instellingen;
lucifers;
vezelplaten;
andere produkten van hout of gedeeltelijk van hout;
kurk, kurkplaten en andere kurkproducten;
griendhout-, riet-, rotan-, en bamboeproducten;
alsmede orgelbouwbedrijven, pianofabrieken, stand- en tentoonstellingsbouwbedrijven;
2. de ondernemingen waarin worden vervaardigd (het stofferen daaronder inbegrepen): meubelen (met uitzondering van metalen meubelen) of onderdelen daarvan of betimmeringen, met dien verstande, dat vervaardiging van meer gelijksoortige eenheden van een bepaald product plaatsvindt, dan wel met gemechaniseerde productiemethoden of arbeidsverdeling in het produktieproces worden toegepast;
3. de ondernemingen, waarin hout wordt bereid tegen bederf en brand;
b. industriële groothandel in hout:
1. de ondernemingen, waarin de groothandel in hout en/of plaatmateriaal wordt uitgeoefend en/of waarin rond- of gezaagd hout en of plaatmateriaal machinaal wordt bewerkt ten behoeve van de eigen groothandelsonderneming;
2. de loonschaverijen, loonzagerijen en andere bedrijven, die in loon voor houthandelsbedrijven hout en/of plaatmateriaal bewerken;
3. de ondernemingen, die ten dienste van de eigen groothandel in hout, bomen vellen, schillen, snoeien, sorteren, op maat zagen enz. en ondernemingen, die aldus bewerkt hout stapelen en/of verladen en vervoeren;
c. bosbouw:
1. de ondernemingen waarin de bosbouw wordt uitgeoefend;
2. de ondernemingen waarin de houtteelt wordt uitgeoefend;
3. de bosbouwambachtsondernemingen, zijnde ondernemingen die tegen betaling werkzaamheden verrichten in bossen of andere houtopstanden, welke bedrijfsmatig in ondernemingen waarin de bosbouw of de houtteelt wordt uitgeoefend, plegen te worden verricht.
1.
Er wordt ingesteld een bedrijfscommissie voor de Houtindustrie, de Industriële Groothandel in Hout en de Bosbouw.
2.
De bedrijfscommissie telt 8 leden en 8 plaatsvervangende leden.
3.
Van deze leden en plaatsvervangende leden worden de volgende aantallen benoemd door de daarbij vermelde organisaties:
a. organisaties van ondernemers-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door de Centrale Bond van Meubelfabrikanten;-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door de Nederlandse Bond van Timmerfabrikanten;-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door de Vereniging van Nederlandse Houtondernemingen;-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door het Sociaal Fonds voor de Houtverwerkende Industrie;-
Algemene Vereniging Inlands Hout 1 ;-
Nederlandse Vereniging van Boseigenaren 1[2] ;
b. organisaties van werknemers-
2 leden en 2 plaatsvervangende leden door de Bouw- en Houtbond FNV;-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door de Hout- en Bouwbond CNV;-
1 lid en 1 plaatsvervangend lid door De Unie;-
FNV Bondgenoten 1[3] ;-
CNV Bedrijvenbond 1[4] .
Artikel 3
Het besluit van 18 augustus 1972 tot instelling van een Bedrijfscommissie voor de Houtindustrie en de Industriële Groothandel in Hout (RE 9/1972) wordt ingetrokken.
Artikel 4
In onderling overleg tussen de betrokken organisaties kan binnen de bedrijfscommissie een Kamer voor de Bosbouw worden ingesteld.
Artikel 5
Dit besluit wordt bekendgemaakt in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.
Artikel 6
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 januari 2000.
Den Haag, 22 december 1999
voorzitter
1
Deze organisatie heeft te kennen gegeven geen gebruik te willen maken van het benoemingsrecht in de bedrijfscommissie. ^ [2]
Deze organisatie heeft te kennen gegeven geen gebruik te willen maken van het benoemingsrecht in de bedrijfscommissie. ^ [3]
Deze organisatie heeft te kennen gegeven geen gebruik te willen maken van het benoemingsrecht in de bedrijfscommissie. ^ [4]
Deze organisatie heeft te kennen gegeven geen gebruik te willen maken van het benoemingsrecht in de bedrijfscommissie.
secretaris
Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht