Circulaire wijzigingen financiële arbeidsvoorwaarden per 1 januari 2011 ambtenaren sector Rijk
Inleiding
Zoals te doen gebruikelijk ontvangt u aan het einde van het kalenderjaar een circulaire over de wijzigingen in de financiële arbeidsvoorwaarden voor de ambtenaren werkzaam in de sector Rijk. U treft in deze circulaire informatie aan over de volgende onderwerpen:
1.
Vergoeding van verblijfkosten bij dienstreizen
2.
Tegemoetkomingen in het woon-werkverkeer
3.
Verhuisvoorzieningen Sociaal flankerend beleid
4.
Te werken uren op jaarbasis
5.
Maximum spaarloonbedrag
6.
Inhoudingen en afdrachten van premies
7.
Ouderschapsverlofkorting
8.
Levensloopverlofkorting
9.
Regeling werkgeversbijdrage kinderopvang uitgezonden rijkspersoneel
12.
Verhaal van WGA-lasten op de werknemer
13.
Regioproblematiek ondoelmatig vervoer
14.
Verlenging afspraken arbeidsongeschikten (AO lager dan 35%)
15.
Regelgeving en circulaires
1. Vergoeding van verblijfkosten bij dienstreizen
De bedragen voor de vergoeding van kleine uitgaven overdag en kleine uitgaven ’s avonds worden geïndexeerd met 1,6%, de gemiddelde stijging van het totaal van de componenten ontbijt, lunch en diner. De bedragen voor lunch en diner worden geïndexeerd met 2,2%, de gemiddelde wijziging van de consumentenprijsindexen voor restaurants, fastfood en afhaalservice en cafés. De bedragen voor logies en ontbijt worden geïndexeerd met -0,8%, de daling van de consumentenprijsindex voor accommodaties.
De vergoedingen voor verblijfkosten tijdens dienstreizen worden aldus aangepast met ingang van 1 januari 2011:
?
het bedrag voor kleine uitgaven overdag: € 4,22 (was € 4,15).
?
het bedrag voor kleine uitgaven ‘s avonds: € 12,61 (was € 12,41).
?
het bedrag voor een lunch: € 13,22 (was € 12,94).
?
het bedrag voor een avondmaaltijd: € 20,00 (was € 19,57).
?
het bedrag voor logies: € 82,35 (was € 83,01).
?
het bedrag voor een ontbijt: € 8,05 (was € 8,11).
De vergoedingsbedragen voor het gebruik van een privé vervoermiddel, € 0,37 en € 0,09 per kilometer, wijzigen niet.
NB: De Belastingdienst handhaaft het bedrag per kilometer dat maximaal onbelast mag worden vergoed op € 0,19 per kilometer.
2. Tegemoetkomingen in het woon-werkverkeer
Het maximumbedrag per maand van de hoge tegemoetkoming per kilometer wordt vastgesteld op een twaalfde deel van de grootverbruikcontractprijs van een OV jaarkaart 2e klasse per 1 januari 2011. Deze grootverbruikcontractprijs bedraagt op 1 januari 2011 €3992,92.
Het maximumbedrag per maand van de lage tegemoetkoming per kilometer wordt geïndexeerd met de prijsstijging van een OV jaarkaart 2e klasse. Deze prijsstijging bedraagt 1,4%.
De bedragen per dag worden vastgesteld door de betreffende maandbedragen te vermenigvuldigen met twaalf (maanden) en te delen door 214 (het reguliere aantal reisdagen per jaar, zoals opgenomen in de formule in
artikel 12 van de Verplaatsingskostenregeling 1989).
De hoge tegemoetkoming per kilometer wordt vastgesteld, door het niet afgeronde bedrag van 1 januari 2010 (16,43 eurocent) te indexeren met de prijsstijging van een OV jaarkaart 2e klasse van 1,4% en de uitkomst (16,66 eurocent) af te ronden op hele eurocenten (17 eurocent).
De lage tegemoetkoming wordt vastgesteld, op een derde deel van de niet afgeronde hoge tegemoetkoming per kilometer, dat resulteert in een bedrag van 5,55 eurocent, en wordt afgerond op hele eurocenten (6 eurocent).
Samenvattend wijzigen met ingang van 1 januari 2011 de bedragen die in het kader van het woon-werkverkeer als tegemoetkoming voor het gebruik van eigen vervoer kunnen worden verstrekt als volgt:
?
het bedrag van de hoge kilometervergoeding wijzigt van € 0,16 in € 0,17;
?
het bedrag van de lage kilometervergoeding wijzigt van € 0,05 in € 0,06;
?
het maximum bedrag per maand voor de hoge kilometervergoeding wijzigt van € 328,15 in € 332,74 en per dag van € 18,40 in € 18,66;
?
het maximumbedrag per maand van de lage kilometervergoeding wijzigt van
?
€ 49,29 in € 49,98 en per dag van € 2,76 in € 2,80.
3. Verhuisvoorzieningen Sociaal flankerend beleid
In het Sociaal flankerend beleid sector Rijk 2008-2012 zijn twee voorzieningen opgenomen die betrekking hebben op verhuizing (voorziening 11 en 12). De voorzieningen zijn opgenomen in
artikel 11 van het Besluit sociaal flankerend beleid sector Rijk 2008–2012 (Staatsblad 2010, 233).
De bij deze voorzieningen behorende bedragen worden jaarlijks per 1 januari geïndexeerd op basis van het consumentenprijsindexcijfer over de periode november t/m oktober. De index bedraagt 1,6%, waardoor de bedragen per 1 januari 2011 wijzigen als volgt:
voorziening 11: € 5.818,46 (was € 5.726,83)
voorziening 12: € 11.637,69 (was € 11.454,42)
4. Te werken uren op jaarbasis
Het aantal te werken uren op jaarbasis bedraagt in 2011 bij een volledige arbeidsduur van gemiddeld 36 uur per week afgerond 1836 uren.
Dit aantal is het resultaat van de volgende berekening Aantal dagen 2011 | | 365 |
Aantal zaterdagen | 53 | |
Aantal zondagen | 52 | |
Nieuwjaarsdag, zaterdag 1 januari | 0 | |
Tweede paasdag, maandag 25 april | 1 | |
Koninginnedag, zaterdag 30 april | 0 | |
Bevrijdingsdag, donderdag 5 mei | 1 | |
Hemelvaartsdag, donderdag 2 juni | 1 | |
Tweede Pinksterdag, maandag 13 juni | 1 | |
Eerste kerstdag, zondag 25 december | 0 | |
Tweede kerstdag, maandag 26 december | 1 | |
Totaal zaterdag, zondag en feestdagen | 110 | |
Totaal aantal te werken dagen 2011 | | 255 |
Aantal te werken hele uren (255 x 7,2) | | 1836 |
NB: In 2010 heeft de ICOP de blokdagen voor het jaar 2011 reeds rijksbreed afgesproken, voor zover dit de Haagse kern betreft ofwel de delen waarvoor ministeries voorheen allen afzonderlijk blokdagen vaststelden. Als blokdagen zijn afgesproken: 6 mei 2011 (dag na Bevrijdingsdag) en 3 juni 2011 (dag na Hemelvaart). De Belastingdienst is in de gelegenheid gesteld op 6 mei 2011 zijn dienstonderdelen wel open te stellen.
6. Inhoudingen en afdrachten van premies
De informatie over de inhouding en afdracht van pensioenpremies en de daarbij behorende franchisebedragen per 1 januari 2011 wordt door het ABP aan de werkgevers bekendgemaakt. De informatie over de APPA pensioenen wordt afzonderlijk beschikbaar gesteld.
De informatie over de inhouding en afdracht van loonheffingen (loonbelasting, premie volksverzekeringen, sociale werknemersverzekeringen en bijdrage zorgverzekering) kunt u vinden via de internetsite van de Belastingdienst: http://www.belastingdienst.nl/zakelijk/personeel_loon.html
7. Ouderschapsverlofkorting
De ambtenaar waarvan het ouderschapsverlof is aangevangen voor 1 januari 2011 heeft over de uren waarop hem ouderschapsverlof is verleend recht op 75% van zijn bezoldiging, verminderd met een inhouding die gelijk is aan de ouderschapsverlofkorting waarop over die uren op grond van
artikel 8.14b van de Wet inkomstenbelasting 2001 maximaal recht kan bestaan.
Als gevolg van de wijziging van het bedrag van het minimumloon, wijzigt het bedrag van de ouderschapsverlofkorting per uur met ingang van 1 januari 2011 van € 4,07 in € 4,11.
8. Levensloopverlofkorting
Het bedrag van de levensloopverlofkorting wijzigt met ingang van 1 januari 2011 van € 199,00 in € 201,00 per gespaard kalenderjaar.
a.
dagopvang een bedrag van maximaal € 6,36;
b.
buitenschoolse opvang een bedrag van maximaal € 5,93;
c.
gastouderopvang een bedrag van maximaal € 5,09.
(Besluit van 11 oktober 2010, gepubliceerd in Staatscourant 2010, nr. 15762).
10. Belastingplan 2011
De op 1 januari 2011 in werking tredende belastingmaatregelen zijn opgenomen in twee wetsvoorstellen, namelijk ‘Belastingplan 2011’ (kamerstuk 32504 ) en ‘Overige fiscale maatregelen 2011’ (kamerstuk 32505 ). In de loop van 2010 is ook nog het wetsvoorstel ‘Fiscale verzamelwet 2010’ (kamerstuk 32401 ) ingediend, dat tevens op 1 januari 2011 in werking treedt.
De voorstellen bevatten, behoudens de gebruikelijke aanpassingen van tarieven, voor de personeel- en salarisadministratie weinig of geen nieuwe maatregelen.
De toestemming de zogenaamde ‘loon over’ methode toe te passen om loon in de salarisadministratie met terugwerkende kracht aan verstreken loontijdvakken toe te rekenen is met een jaar verlengd, nadat besloten is om de eenduidige loonaangifte niet per 1 januari 2011 in te laten gaan.
De voorstellen bevatten tevens (deels technische en deels inhoudelijke) aanpassingen op de aangekondigde werkkostenregeling. In
onderdeel 11 van deze circulaire wordt ingegaan op het plan voor de werkkostenregeling in de sector Rijk.
Voor meer informatie verwijs ik u naar de documentatie behorend bij de wetsvoorstellen en naar de informatie van de Belastingdienst.
Bovendien wijs ik u er op, dat vanaf 1 januari 2011 het eindheffingtarief voor VUT- en omslaggefinancierde prepensioenregelingen die niet voldoen aan de op 1 januari 2005 geldende overgangsvoorwaarden wijzigt van 26% in 52%.
11. Werkkostenregeling
Met de
Fiscale vereenvoudigingswet 2010 (Staatsblad 611) worden met ingang van 1 januari 2011 vereenvoudigingen in de
Wet op de loonbelasting doorgevoerd die als doel hebben een verdere vermindering van de administratieve lasten te realiseren. Nieuwe bepalingen moeten het belastingvrij vergoeden en verstrekken in de loonsfeer sterk vereenvoudigen. Dit nieuwe stelsel wordt aangeduid met de term ‘werkkostenregeling’. De werkkostenregeling wordt vanaf het jaar 2014 voor alle werkgevers verplicht. Telkens in de jaren 2011, 2012 en 2013 kan worden gekozen voor het nieuwe stelsel of kan nog gebruik worden gemaakt van het regime zoals dat op 31 december 2010 geldt.
Het invoeren van de werkkostenregeling bij het Rijk leidt naar alle waarschijnlijkheid tot aanpassing van financiële administratie en mogelijke aanpassingen van arbeidsvoorwaardelijke regelingen. Aan de Interdepartementale commissie bedrijfsvoering rijk (ICBR) is een projectvoorstel over de invoering van de werkkostenregeling ter besluitvorming voorgelegd. Het projectvoorstel behelst een rijksbrede aanpak om een inventarisatie te doen van juridische, organisatorische, administratieve en financiële aspecten van de werkkostenregeling en om (uitvoerings)maatregelen voor te bereiden voor de invoering van de werkkostenregeling bij het Rijk. In het voorstel is een invoering per 1 januari 2013 beoogd.
12. Verhaal van WGA-lasten op de werknemer
De WGA-lasten (premie of eigen risico) van de werkgever mogen op grond van de
Wet financiering sociale verzekeringen (WFSV) voor maximaal de helft verhaald worden op de werknemer. Deze verdeling benadrukt de gezamenlijke verantwoordelijkheid van de werkgever en de werknemer tot het voorkomen en ‘oplossen’ van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid en daarmee verband houdende werkloosheid.
De Sector Rijk past een uniform verhaal van de WGA-lasten toe bij alle werknemers. De inhouding wordt gebaseerd op de lasten van de werkgever in de sector Rijk met de laagste WGA-kosten. De afgelopen jaren is het verhaal minimaal geweest of in de loop van het jaar op nihil gesteld terwijl het verhaal wel zorgt voor een uitvoeringslast. Om die reden wordt in 2011 afgezien van verhaal. Eind volgend jaar zal worden bezien of in 2012 wel verhaal van WGA-lasten op de werknemer zal plaatsvinden.
13. Regioproblematiek ondoelmatig vervoer
In de
circulaire van 23 februari 2009 , kenmerk 2009-0000049210 is aangegeven, dat het aanvullende criterium – reistijd met het openbaar vervoer 2 uur of meer en door het reizen met eigen vervoer minimaal met 45 minuten te bekorten – voor het beoordelen van de doelmatigheid van het gebruik van openbaar vervoer voor het woon-werkverkeer van toepassing is tot en met het jaar 2010.
In afwachting van de uitkomsten van het CAO overleg wordt deze einddatum verlengd tot 1 juli 2011.
14. Verlenging afspraken arbeidsongeschikten (AO lager dan 35%)
In het Sectoroverleg Rijk van juli 2010 is afgesproken de voorzieningen voor ambtenaren die door het UWV in het kader van de WIA minder dan 35% arbeidsongeschikt zijn verklaard met een jaar te verlengen omdat de evaluatie nog niet afgerond is. De compensatie uit de
artikelen 37b ARAR,
72b ARSG en
54ab RDBZ gold indien er een herplaatsing heeft plaatsgevonden voor 1 januari 2011. Afgesproken is deze periode te verlengen tot 1 januari 2012, hetgeen geformaliseerd wordt via de verzamel AMvB die nog dit jaar in het Staatsblad zal verschijnen.
15. Regelgeving en circulaires
In de bijlage vindt u een overzicht van de in 2010 tot stand gekomen (wijzigingen van) algemene maatregelen van bestuur, ministeriële regelingen en circulaires.
16. Inlichtingen
Gewijzigde vergoedingen en bedragen, te werken uren op jaarbasis en blokdagen: Albert de Boer (albert.boer@minbzk.nl)
Werkkostenregeling en regioproblematiek ondoelmatig vervoer: Albert Huizenga (albert.huizenga@minbzk.nl)
Ik verzoek u met de inhoud van deze circulaire rekening te houden en daaraan voor zover nodig uitvoering te geven.
Directeur-generaal Organisatie en Bedrijfsvoering Rijk.