1.
Degene die een inrichting in bedrijf neemt waarop artikel 3, tweede of derde lid, van de wet van toepassing is, verstrekt tenminste zeven maanden voor de productie aanvangt aan Onze Minister de volgende gegevens:
a. het adres en de kadastrale aanduiding van de inrichting;
b. een technische beschrijving van de inrichting met inbegrip van een inventarislijst van de apparatuur en gedetailleerde schema's.
2.
Degene die een inrichting in bedrijf houdt waarop artikel 3, tweede of derde lid, van de wet van toepassing is verstrekt jaarlijks voor 1 maart aan Onze Minister de volgende gegevens over het afgelopen kalenderjaar:
a. een aanduiding van de aard van de inrichting;
b. van elke stof van lijst 1 die in de inrichting is geproduceerd, verkregen, verbruikt of opgeslagen:
1°. de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2°. de toegepaste methoden en geproduceerde hoeveelheden;
3°. de benaming en de hoeveelheid van de voorlopers, genoemd in lijst 1, 2 of 3, die voor de productie van stoffen van lijst 1 zijn gebruikt;
4°. de hoeveelheid die in de inrichting is verbruikt en de doeleinden van het verbruik;
5°. de hoeveelheid die is ontvangen van of overgebracht naar andere inrichtingen binnen Nederland, waarbij voor elke zending de hoeveelheid, de ontvanger en de doeleinden afzonderlijk worden vermeld;
6°. de grootste hoeveelheid die op enig tijdstip gedurende het jaar was opgeslagen;
7°. de hoeveelheid die aan het einde van het jaar was opgeslagen;
c. informatie over veranderingen in de inrichting gedurende het jaar ten opzichte van eerder verstrekte gedetailleerde technische beschrijvingen van de inrichting, met inbegrip van inventarislijsten van apparatuur en gedetailleerde schema's.
3.
Voorts verstrekt degene die een inrichting in bedrijf houdt waarop artikel 3, tweede of derde lid, van de wet van toepassing is jaarlijks voor 1 september aan Onze Minister de volgende gegevens over voorgenomen activiteiten en de verwachte productie in de inrichting in het komende kalenderjaar:
a. een aanduiding van de aard van de inrichting;
b. van elke stof van lijst 1 die naar verwachting in de inrichting zal worden geproduceerd, verbruikt of opgeslagen:
1°. de chemische benaming, de structuurformule en het CAS-registratienummer, indien toegekend;
2°. de hoeveelheid die naar verwachting zal worden geproduceerd en de doeleinden van de productie;
c. informatie over verwachte veranderingen in de inrichting gedurende het jaar ten opzichte van eerder verstrekte gedetailleerde technische beschrijvingen van de inrichting, met inbegrip van inventarislijsten van apparatuur en gedetailleerde schema's.
4.
Het tweede en derde lid gelden niet, indien de betrokken, in artikel 3, tweede lid, bedoelde inrichting een ziekenhuis betreft.
Inhoudsopgave
+ HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
+ HOOFDSTUK 2. AANWIJZING VAN STOFFEN
- HOOFDSTUK 3. AANWIJZING VAN TE VERSTREKKEN GEGEVENS
+ HOOFDSTUK 4. ONTHEFFINGEN
+ HOOFDSTUK 5. OVERGANGS- EN SLOTBEPALINGEN
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht