Het in artikel 9 van het Stortbesluit bedoelde onderzoek bestaat uit een bemonstering van het percolaat, van het water in de verschillende bemonsteringsbuizen en verzamelleidingen of inspectieputten van het drainagesysteem onder de onderafdichting van de stortplaats en van het grondwater in de grondwaterbemonsteringsbuizen die zijn voorgeschreven op grond van artikel 8 van het Stortbesluit.
De bemonsteringsfrequentie wordt bepaald door de stroomsnelheid van het grondwater onder de stortplaats: een maal per jaar voor een stroomsnelheid tussen 0 en 5 m/jaar, twee maal bij 5 tot 30 m/jaar en drie maal bij meer dan 30 m/jaar. De stroomsnelheid van het grondwater wordt door een ter zake kundige vastgesteld.
De verkregen monsters worden geanalyseerd op: -
zuurgraad (pH);-
elektrische geleidbaarheid;-
chemisch zuurstofverbruik (CZV);-
minerale olie;-
vluchtige organische gehalogeneerde koolwaterstoffen (VOX), met inachtneming van het gestelde in het vierde lid;-
chloride;-
Kjeldahl-N of ammoniak (NH 3 ).
Het bevoegd gezag kan afhankelijk van de samenstelling van het gestorte afval naast de in het derde lid genoemde parameters ook nog andere parameters aanwijzen.
De monsters van het percolaat worden op representatieve plaatsen genomen en zijn representatief voor de gemiddelde samenstelling van het percolaat. Het bemonsteren en meten van de hoeveelheid en samenstelling van het percolaat vindt plaats afzonderlijk op elk punt waar percolaat uit de stortplaats vrijkomt.
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.