Verordening van het Productschap Vee en Vlees van 26 oktober 2005, houdende vaststelling bestemmingsheffingen ten behoeve van het Veeziektenfonds PVV voor het jaar 2006 (Verordening bestemmingsheffingen Veeziektenfonds (PVV) 2006)
Het bestuur van het Productschap Vee en Vlees;
Gelet op artikel 126 van de Wet op de bedrijfsorganisatie en artikelen 10 en 12 van het Instellingsbesluit Productschap Vee en Vlees;
Gezien de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005;
Besluit:
Artikel 1
Deze verordening neemt de begripsbepalingen over van de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005 maar verstaat in afwijking van respectievelijk artikel 1, onder 7 en onder 12, van de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005, onder:
1. varken : varken, ongeacht geslacht, leeftijd of gewicht;
2. kalf : rund, jonger dan 1 jaar.
Artikel 2 [Treedt in werking op een nader te bepalen tijdstip]
De ondernemer die in het jaar 2006 één of meer dieren slacht of doet slachten, dan wel uitvoert, is aan het productschap een bijzondere heffing ten behoeve van het Veeziektenfonds PVV als bedoeld in artikel 1 van de Verordening Veeziektenfonds PVV 2000 verschuldigd ten bedrage van:
a. € 1,00 per varken ten behoeve van de rekening-I-varkens;
b. € 9,08 per rund ten behoeve van de rekening-II-runderen;
c. € 2,11 per kalf ten behoeve van de rekening-II-runderen;
d. € 0,84 per schaap ten behoeve van de rekening-III-schapen en geiten;
e. € 0,24 per geit ten behoeve van de rekening-III-schapen en geiten;
f. € 0,09 per jonge geit ten behoeve van de rekening-III-schapen en geiten.
Artikel 3
Als ondernemer die uitvoert als bedoeld in artikel 2, wordt aangemerkt degene die één of meer dieren
a. in het handelsverkeer brengt, dan wel
b. naar derde landen uitvoert, dan wel
c. aflevert aan een (rechts)persoon wiens bedrijf niet in Nederland is gevestigd, ongeacht of de ontvangst van die dieren door deze (rechts-)persoon in Nederland plaatsvindt.
Artikel 4
De heffing, bedoeld in artikel 2, is niet verschuldigd voor een dier, ten aanzien waarvan ten genoegen van het productschap wordt aangetoond, dat:
a. de periode tussen het tijdstip van invoer en het tijdstip van slacht korter is dan:
twee maanden, in het geval het betreft varkens, geiten en schapen;
drie maanden, in het geval het betreft kalveren en runderen.
b. de periode tussen het tijdstip van invoer en het tijdstip van uitvoer korter is dan:
twee maanden, in het geval het betreft varkens, geiten en schapen;
drie maanden, in het geval het betreft, kalveren en runderen.
Artikel 5
Voor de toepassing van deze verordening geldt het bepaalde bij of krachtens de Verordening algemene bepalingen heffingen (PVV) 2005 .
1.
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening bestemmingsheffingen Veeziektenfonds (PVV) 2006.
2.
Deze verordening treedt, met uitzondering van artikel 2, in werking met ingang van 1 januari 2006. Indien het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie waarin deze verordening wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 1 januari 2006, dan treedt zij in werking op de tweede dag na publicatie en werkt zij terug tot en met 1 januari 2006.
3.
Artikel 2 treedt in werking op een door het bestuur bij besluit nader te bepalen tijdstip, dat voor de verschillende onderdelen verschillend kan worden bepaald.
Zoetermeer, 26 oktober 2005
voorzitter
secretaris
Inhoudsopgave
Artikel 1
Artikel 2
Artikel 3
Artikel 4
Artikel 5
Artikel 6
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht