Verordening van het Hoofdbedrijfschap voor de Agrarische Groothandel van 21 december 2006 houdende regeling van de registratie van ondernemingen waarin het bedrijf wordt uitgeoefend waarvoor het Hoofdbedrijfschap is ingesteld, alsmede verstrekking van gegevens en controle (Verordening HBAG registratie, verstrekking van gegevens en controle 2007)
Het bestuur van het Hoofdbedrijfschap voor de Agrarische Groothandel,
gelet op de artikelen 93, 95, 100, 102, 104 eerste en derde lid en 106 van de Wet op de Bedrijfsorganisatie, de artikelen 3 en 11 van het Instellingsbesluit Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel (Stb 2002, nr. 155), en het bepaalde in de Wet bescherming persoonsgegevens;
Gehoord de commissie pootaardappelen, de commissie consumptie-, fabrieks- en voeraardappelen, de commissie bloemkwekerijproducten en de commissie groenten en fruit;
Besluit:
Artikel 1
In deze verordening wordt overgenomen de terminologie van het Instellingsbesluit Hoofdbedrijfschap Agrarische Groothandel en wordt verder verstaan onder:
commissie:
de commissie pootaardappelen, de commissie consumptie-, fabrieks- en voeraardappelen, de commissie bloemkwekerijproducten, respectievelijk de commissie groenten en fruit van het hoofdbedrijfschap.
1.
Het hoofdbedrijfschap en haar commissies hebben een register waarin gegevens over ondernemingen en ondernemers alsmede van belang zijnde administratieve gegevens worden opgenomen. Het register is niet openbaar.
2.
In het geautomatiseerde systeem, waarin het register is opgenomen, kan eventueel ook worden opgenomen de ledenadministraties van rechtspersonen die gerechtigd zijn tot het benoemen van een lid/leden van een commissie.
3.
Het doel van het register is het hoofdbedrijfschap respectievelijk haar commissies in staat te stellen haar opgedragen taken naar behoren en efficiënt te kunnen vervullen.
4.
Op de verwerking van persoonsgevens in het register als in dit artikel bedoeld is de Wet bescherming persoonsgegevens van toepassing.
5.
De secretaris van het hoofdbedrijfschap en de secretarissen van de commissies zijn verantwoordelijk voor de inhoud van het betreffende register, het gebruik van de gegevens, alsmede de uitvoering van overige beheerstaken ingevolge de Wet bescherming persoonsgegevens en dragen ervoor zorg dat deze wet en deze verordening worden nageleefd.
6.
Het beheer van het register berust bij het hoofd en de medewerkers van de afdeling registratie van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de commissies. Zij hebben rechtstreeks toegang tot het betrokken systeem.
7.
De ter beschikking van het hoofdbedrijfschap en de commissies staande gegevens, voor zover deze kennelijk van vertrouwelijke aard zijn, mogen voor zover bij of krachtens de wet niet anders is bepaald, zonder toestemming van de betrokken belanghebbende:
a. uitsluitend worden gebruikt ter vervulling van de taak van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de commissies;
b. niet, onder vermelding of aanduiding van de persoon en/of onderneming waarop zij betrekking hebben, worden bekendgemaakt aan anderen dan personeelsleden van het hoofdbedrijfschap respectievelijk de betrokken commissie alsmede - voor zover het kennis nemen van de gegevens voor die controle noodzakelijk is - aan de door het dagelijks bestuur van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie met de controle op het financiële beheer van het hoofdbedrijfschap respectievelijk de betrokken commissie belaste registeraccountants en hun personeel.
8.
Bij deze verordening is gevoegd een bijlage betreffende de sector van de bloemkwekerijproducten, welke een uitgewerkte lijst van gegevens bevat die zijn opgenomen in het betreffende register.
1.
In het register worden over de onderneming de volgende gegevens per hoofd- en eventuele nevenvestiging(en) opgenomen:
a) naam, handelsnaam, rechtsvorm en de inschrijving bij de Kamer van Koophandel en Fabrieken;
b) adres, postcode, plaats, telefoon- en faxnummer(s), e-mail-adres(sen);
c) het bedrijf dat wordt uitgeoefend alsmede de hoofd- en nevenactiviteiten;
d) het aantal werknemers;
e) de omzet(ten) per tijdseenheid;
f) andere door het bestuur van het hoofdbedrijfschap c.q. van een commissie aan te wijzen gegevens die voor de vervulling van de taak van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie van belang zijn.
2.
Ten aanzien van de aardappelsector worden onder de door het bestuur van de commissie pootaardappelen respectievelijk van de commissie consumptie-, fabrieks- en voeraardappelen aan te wijzen gegevens die van belang zijn voor de vervulling van de taak van die commissie, een en ander als bedoeld in het eerste lid sub f, in ieder geval de volgende gegevens begrepen:
a) de omzet van aardappelen in geld of naar hoeveelheid en al dan niet naar land van herkomst c.q. bestemming, welke de onderneming, eventueel gesplitst naar diverse functies, in een bepaalde periode of op een bepaald tijdstip heeft behaald;
3.
Ten aanzien van de sector van de bloemkwekerijproducten worden onder de door het bestuur van de commissie bloemkwekerijproducten aan te wijzen gegevens die van belang zijn voor de vervulling van de taak van die commissie, een en ander als bedoeld in het eerste lid sub f, in ieder geval de volgende gegevens begrepen:
a) de handelsactiviteiten van de onderneming, in de volgende rubrieken onderverdeeld: bedrijfstype, afnemerstype, productgroep;
b) de totale gefactureerde binnenlandse omzet bloemkwekerijprodukten (inclusief doorberekende kosten, maar exclusief BTW) over het afgelopen boekjaar van de onderneming;
c) de procentuele verdeling van de in lid b. bedoelde binnenlandse omzet via de verkoopwijzen: cash & carry/afhaalcentrum, binnenlands lijnvervoer, andere verkoopwijze;
d) de procentuele verdeling van de in lid b. bedoelde binnenlandse omzet in verschillende productgroepen;
e) de totale waarde van de, in het afgelopen boekjaar, door de onderneming vanuit het buitenland aangevoerde bloemkwekerijproducten, (inclusief eventuele commissie, maar exclusief de afzet en inkoop van buitenlandse producten via Nederlandse veilingen);
f) de in lid e. bedoelde totale waarde, onderverdeeld in: aanvoer vanuit landen buiten de EU, aanvoer vanuit andere landen binnen de EU;
g) de procentuele verdeling van de in lid e. bedoelde totale waarde in verschillende productgroepen;
h) alsmede de gegevens die verband houden met de uitvoering van de Verordening ‘In – en uitvoerformulieren’ van het Productschap Tuinbouw en de daarop gebaseerde gegevens inzake de verdeling van de uitvoer over afzetkanalen en productgroepen.
4.
Ten aanzien van de groenten- en fruitsector wordt/worden:
bij het bedrijf als bedoeld in het eerste lid sub c van dit artikel de volgende functiegroepen onderscheiden:
a. de binnenlandse groothandelaren in groenten en fruit, uitoefenend de binnenlandse groothandel in groenten en fruit, met uitzondering van die genoemd onder b en c hierna.
b. De grossiers in verse zuidvruchten, waaronder begrepen bananen, uitoefenend de binnenlandse groothandel en/of het bedrijf van tussenpersoon in verse zuidvruchten en ander geïmporteerd fruit, waaronder begrepen bananen.
c. De verzendhandelaren in groenten en fruit, uitoefenend de binnenlandse groothandel en/of het bedrijf van tussenpersoon in groenten en fruit van binnenlandse oorsprong en gevestigd in een productiegebied van groenten en fruit;
d. de fruitpachters, uitoefenend het bedrijf van het kopen van fruit op stam, dan wel ongesorteerd rechtstreeks van de producent gekocht fruit.
e. De exporteurs en exportagenten in groenten en fruit, uitoefenend de export en/of het bedrijf van tussenpersoon bij export van groenten en fruit.
f. De importeurs en importagenten in groenten en fruit, uitoefenend de import en/of het bedrijf van tussenpersoon bij import van groenten en fruit.
bij het aantal werknemers als bedoeld in het eerste lid sub d van dit artikel onderscheid gemaakt tussen werknemers in vaste dienst (onder te verdelen in leidinggevend personeel, inkopers en verkopers, administratief personeel, pakhuispersoneel, alsmede chauffeurs en bijrijders, een en ander per 31 december van het voorafgaande kalenderjaar en aangevuld met de per die datum te verwachten mutaties) en werknemers die in tijdelijke dienst werkzaam zijn in de onderneming (het hoogste aantal werknemers in het voorafgaande kalenderjaar).
bij de omzet(ten) als bedoeld in het eerste lid sub e van dit artikel verstaan de omzet in:
het voorafgaande kalenderjaar,
of - ter keuze van de ondernemer - het boekjaar afgesloten in het voorafgaande kalenderjaar, dan wel indien er sprake is van een nieuwe registratie:
het jaar waarin de registratieplicht is ontstaan,
of een zo nauwkeurig mogelijke schatting hiervan, een en ander per functiegroep als bedoeld in het volgende lid van dit artikel, alsmede - voorzover het betreft ondernemingen behorend tot genoemde functiegroep e:
de in het betreffende jaar verhandelde hoeveelheden, gespecificeerd per product en per land, alsmede ingeval de ondernemer uitsluitend exporteert naar en/of importeert uit België en Luxemburg en tevens is ingedeeld in genoemde functiegroep a of c:
wordt hij voor deze ex- en import niet geacht te behoren tot genoemde functiegroepen e of f, maar wordt deze omzet gevoegd bij zijn omzet in de genoemde functiegroepen, waarin hij voor het overige de hoogste omzet heeft behaald.
bij andere gegevens als bedoeld in het eerste lid sub f van dit artikel mede begrepen de veilinglocatie(s) als plaats van verhandeling.
Artikel 4
In het register worden over de ondernemer(s) de volgende gegevens opgenomen:
a) de namen, voornamen en geboortedata van de ondernemer(s);
b) het correspondentieadres;
c) het telefoonnummer;
d) eventueel het lidmaatschap van de privaatrechtelijke organisatie die gerechtigd is tot het benoemen van een lid/leden van een commissie.
e) andere door het bestuur van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van een commissie aan te wijzen gegevens die voor de vervulling van de taak van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie van belang zijn.
Artikel 5
In het register kunnen de volgende administratieve gegevens worden opgenomen:
a) het nummer waaronder de onderneming wordt geregistreerd (registratienummer);
b) de lijst van gegevens zoals die worden opgenomen in het register;
c) het beheer van de gegevens.
1.
De ondernemer is verplicht op de wijze en binnen de termijn als voorgeschreven bij verordening van het hoofdbedrijfschap, en bij gebreke daarvan op een daartoe bestemd formulier binnen twee weken na verzending van dat formulier alle gegevens te verstrekken, welke hem in verband met de in artikel 2 bedoelde registratie worden gevraagd:
a) door de secretaris van het hoofdbedrijfschap in opdracht van het bestuur van het hoofdbedrijfschap, voor zover deze gegevens nodig zijn voor de vervulling van de taak van het hoofdbedrijfschap en/of van een of meerdere commissies;
b) door de secretaris van een commissie in opdracht van die commissie, voor zover de ondernemer onder die commissie ressorteert en deze gegevens nodig zijn voor de vervulling van de taak van die commissie.
2.
De ondernemer is verplicht wijziging in de door hem opgegeven of door het
hoofdbedrijfschap of haar commissies geregistreerde gegevens als bedoeld in de artikelen 3 en 4 binnen vier weken nadat de wijziging heeft plaatsgevonden schriftelijk aan het betrokken secretariaat van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie op te geven.
3.
Indien een ondernemer behorende tot de groenten- en/of fruitsector op l juli van enig jaar van het secretariaat van de commissie groenten en fruit geen formulier heeft ontvangen, is hij verplicht toezending van een formulier aan het secretariaat van de commissie groenten en fruit te verzoeken.
4.
De gegevens over de onderneming en de ondernemer als bedoeld in de artikelen 3 respectievelijk 4 worden ontleend aan:
a) de opgave door de ondernemer(s);
b) het handelsregister, bedoeld in artikel 2 van de Handelsregisterwet;
c) de Kamers van Koophandel en Fabrieken
d) het Productschap Tuinbouw te Zoetermeer
e) de vereniging Kwaliteits-Controle-Bureau te 's-Gravenhage.
f) een zelfstandig door het hoofdbedrijfschap c.q. een commissie ingesteld onderzoek; of
g) een combinatie van de hiervoor genoemde bronnen.
5.
De gegevens over het lidmaatschap van de privaatrechtelijke organisatie die gerechtigd is tot het benoemen van een lid/leden van een commissie kunnen worden ontleend aan de opgave van die organisatie.
6.
De secretaris van het hoofdbedrijfschap respectievelijk de secretaris van een commissie is bevoegd de ondernemer op te dragen de gevraagde gegevens te verstrekken of doen verstrekken aan een door hem aangewezen publiekrechtelijk lichaam, overheidsstichting of ander lichaam dat met een publiekrechtelijke taak is belast, dan wel een natuurlijk of rechtspersoon, waarvan de directie en het personeel tot geheimhouding van aan hen bekend geworden zaken- en bedrijfsgeheimen of andere vertrouwelijke gegevens van de ondernemers zijn verplicht respectievelijk die aangesloten is bij een organisatie welke haar leden aan tuchtrecht onderwerpt.
1.
De ondernemer is verplicht toe te staan, dat door of vanwege het hoofdbedrijfschap c.q. de commissies - voor zover nodig in verband met de uitvoering onderscheidenlijk het toezicht op de naleving van de verordeningen en besluiten van het hoofdbedrijfschap c.q. een commissie - inzage wordt genomen van boeken en bescheiden van een door hem gedreven onderneming, dan wel de bedrijfsmiddelen of voorraden van die onderneming worden bezichtigd en opgenomen. Hij is gehouden aan de inzage, bezichtiging of opneming de nodige medewerking te verlenen.
2.
De inzage, bezichtiging of opneming vindt slechts plaats door de secretaris van het hoofdbedrijfschap c.q. de secretaris van een commissie of personen, die daartoe aan de ondernemer een schriftelijke opdracht van de secretaris van het hoofdbedrijfschap respectievelijk de secretaris van een commissie kunnen overleggen, welke opdracht het doel waarvoor de inzage, bezichtiging of opname plaatsvindt dient te vermelden.
3.
De secretaris van het hoofdbedrijfschap c.q. de secretaris van een commissie geeft opdrachten als bedoeld in het voorgaande lid uitsluitend aan personeelsleden van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie en aan de directie of het personeel van het accountantskantoor dat door het dagelijks bestuur van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie is belast met de controle op het financieel beheer van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie dan wel aan door het bestuur van het hoofdbedrijfschap respectievelijk van de betrokken commissie aangewezen accountantskantoren, aangesloten bij een organisatie, die haar leden aan tuchtrecht onderwerpt.
1.
Op overtreding door de ondernemer van het bepaalde bij of krachtens deze verordening kunnen tuchtrechtelijke maatregelen worden gesteld.
2.
Het bevoegde tuchtgerecht is het tuchtgerecht van het Hoofdproductschap Akkerbouw.
Artikel 9
Deze verordening vervangt de HBAG-Registratie-, enquête- en controleverordening 2003 .
Artikel 10
Deze verordening treedt in werking de tweede dag na publicatie in het Verordeningenblad Bedrijfsorganisatie.
Artikel 11
Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening HBAG registratie-, verstrekking van gegevens en controle 2007.
Aalsmeer, 21 december 2006
voorzitter
secretaris
Inhoudsopgave
+ § 1. Definities
+ § 2. Registratie
+ § 3. Gegevens over de onderneming
+ § 4. Gegevens over de ondernemer
+ § 5. Administratieve gegevens
+ § 6. Verstrekking van gegevens
+ § 7. Controle
+ § 8. Tuchtrecht
+ § 9. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht