1.
Ten gunste van het Nabestaandenfonds komen:
a. de premies voor de nabestaandenverzekering en voor de vrijwillige nabestaandenverzekering alsmede de te ontvangen bijdragen op grond van artikel 66a van de Algemene nabestaandenwet en de daarop berustende bepalingen;
b. de bestuurlijke boeten, bedoeld in artikel 39 van de Algemene nabestaandenwet;
c. de bijdrage in de kosten van de heffingskortingen, bedoeld in artikel 15;
d. rijksbijdragen als bedoeld in artikel 14, eerste lid.
2.
Uit het Nabestaandenfonds worden betaald:
a. de lasten van de nabestaandenverzekering en van de vrijwillige nabestaandenverzekering;
b. de lasten voortvloeiend uit hoofdstuk 8 van de Algemene nabestaandenwet en de daarop berustende bepalingen;
c. de lasten van de tegemoetkomingen, bedoeld in artikel 29a van de Algemene nabestaandenwet, en de daaraan verbonden uitvoeringskosten.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
+ Hoofdstuk 2. De financiering van de volksverzekeringen
+ Hoofdstuk 3. De financiering van de werknemersverzekeringen en de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen
+ Hoofdstuk 4. De heffing en invordering van premies
+ Hoofdstuk 5. Gemoedsbezwaarden
+ Hoofdstuk 6. De financiering van de vrijwillige sociale verzekeringen
- Hoofdstuk 7. De fondsen
+ Hoofdstuk 7a. Overgangsbepalingen
+ Hoofdstuk 8. Slot- en strafbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht