Artikel 61
Indien een persoon die recht heeft op een arbeidsongeschiktheidsuitkering en op of na de dag waarop hij de leeftijd van 45 jaar heeft bereikt inkomen gaat verdienen in verband waarmee zijn arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt beëindigd, binnen vijf jaar na de datum van die beëindiging opnieuw recht heeft op toekenning van een arbeidsongeschiktheidsuitkering, wordt het aan die uitkering ten grondslag te leggen dagloon niet lager gesteld dan het dagloon of vervolgdagloon dat voor de berekening van de laatstelijk ontvangen loondervingsuitkering of vervolguitkering in aanmerking werd genomen, zoals dat vanaf de beëindiging tot aan de datum van de in dit artikel bedoelde toekenning op grond van artikel 15 van deze wet, al dan niet in verbinding met artikel 14 van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag, zou zijn herzien indien de arbeidsongeschiktheidsuitkering niet was beëindigd.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk I. Algemene bepalingen
+ Hoofdstuk II. De verstrekkingen der verzekering
- Hoofdstuk IIA. Garantieregeling voor oudere arbeidsongeschikten, samenloop, verstrekkingen die onvervreemdbaar zijn en verstrekkingen die niet vatbaar zijn voor beslag
+ Hoofdstuk IIB. Reïntegratie-instrumenten
+ Hoofdstuk IIC. Tegemoetkoming arbeidsongeschikten
+ Hoofdstuk III. De uitvoering der verzekering
+ Hoofdstuk IIIA
+ Hoofdstuk IV
+ Hoofdstuk V. Het verstrekken van inlichtingen
+ Hoofdstuk VI. De vrijwillige verzekering
+ Hoofdstuk VII. Bepalingen in verband met de Algemene wet bestuursrecht en beroep in cassatie
+ Hoofdstuk VIII. De invloed van de verzekering op het burgerlijk recht
+ Hoofdstuk VIIIA. Overgangsbepalingen
+ Hoofdstuk IX. Strafbepalingen
+ Hoofdstuk X. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht