1.
Het college van beroep voor de examens is bevoegd ten aanzien van de volgende beslissingen:
a. beslissingen als bedoeld in de artikelen 7.8b, derde en vijfde lid, en 7.9, eerste lid,
b. beslissingen inzake het met goed gevolg hebben afgelegd van het afsluitend examen, bedoeld in artikel 7.9d,
c. beslissingen, niet zijnde besluiten van algemene strekking, genomen op grond van het bepaalde bij of krachtens titel 2 van dit hoofdstuk, met het oog op de toelating tot examens,
d. beslissingen, genomen op grond van het aanvullend onderzoek, bedoeld in de artikelen 7.25, vijfde lid, en 7.28, vierde lid,
e. beslissingen van examencommissies en examinatoren,
f. beslissingen van commissies als bedoeld in artikel 7.29, eerste lid, en
g. beslissingen, genomen op grond van artikel 7.30b met het oog op de toelating tot de in dat artikel bedoelde opleidingen.
2.
Het beroep kan, wat de openbare instellingen betreft in afwijking van hoofdstuk 7 van de Algemene wet bestuursrecht, worden ingesteld terzake dat een beslissing in strijd is met het recht.
3.
Alvorens het beroep in behandeling te nemen zendt het college van beroep het beroepschrift aan het orgaan waartegen het beroep is gericht, met uitnodiging om in overleg met betrokkenen na te gaan of een minnelijke schikking van het geschil mogelijk is, wat de openbare instellingen betreft in afwijking van afdeling 7.3 van de Algemene wet bestuursrecht. Ingeval het beroep is gericht tegen een beslissing van een examinator, geschiedt de in de voorgaande volzin bedoelde toezending aan de desbetreffende examencommissie. Indien de examinator tegen wie het beroep is gericht, lid is van de examencommissie, neemt hij geen deel aan de beraadslaging. Het desbetreffende orgaan deelt binnen drie weken aan het college van beroep, onder overlegging van de daarop betrekking hebbende stukken, mede tot welke uitkomst het beraad heeft geleid. Is een minnelijke schikking niet mogelijk gebleken, dan wordt het beroepschrift door het college in behandeling genomen.
4.
Het college van beroep beslist binnen tien weken gerekend vanaf de dag na die waarop de termijn voor het indienen van het beroepschrift is verstreken, wat de openbare instellingen betreft in afwijking van artikel 7:24, tweede lid, van de Algemene wet bestuursrecht.
5.
Indien het college van beroep het beroep gegrond acht, vernietigt het de beslissing geheel of gedeeltelijk. Het college is niet bevoegd in de plaats van de geheel of gedeeltelijk vernietigde beslissing een nieuwe beslissing te nemen, wat de openbare instellingen betreft in afwijking van artikel 7:25 van de Algemene wet bestuursrecht. Het kan bepalen dat opnieuw of, indien de beslissing is geweigerd, alsnog in de zaak wordt beslist, dan wel dat het tentamen, het examen, het toelatingsonderzoek, het aanvullend onderzoek of enig onderdeel daarvan opnieuw wordt afgenomen onder door het college van beroep te stellen voorwaarden. Het orgaan waarvan de beslissing is vernietigd, voorziet voorzover nodig opnieuw in de zaak met inachtneming van de uitspraak van het college van beroep. Het college kan daarvoor in zijn uitspraak een termijn stellen.
6.
Indien onverwijlde spoed dat vereist kan de voorzitter van het college van beroep een voorlopige voorziening treffen op verzoek van de indiener van het beroepschrift, onverminderd het bepaalde in artikel 7.66, tweede lid, en artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht. De voorzitter beslist op dit verzoek na het desbetreffende orgaan dan wel de desbetreffende examinator te hebben gehoord, althans te hebben opgeroepen.
Inhoudsopgave
+ Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
+ Hoofdstuk 2. Planning en bekostiging
+ Hoofdstuk 3. Overleg
+ Hoofdstuk 4. Het personeel
+ Hoofdstuk 5
+ Hoofdstuk 5a. Accreditatie in het hoger onderwijs
+ Hoofdstuk 6. Onderwijsaanbod
- Hoofdstuk 7. Onderwijs
+ Hoofdstuk 7a. Taken in het kader van de zij-instroom in het beroep van leraar en docent
+ Hoofdstuk 8. Samenwerking bekostigde instellingen voor hoger onderwijs
+ Hoofdstuk 9. Het bestuur en de inrichting van de universiteiten
+ Hoofdstuk 10. Het bestuur en de inrichting van de hogescholen
+ Hoofdstuk 11. Het bestuur en de inrichting van de Open Universiteit
+ Hoofdstuk 12. Het bestuur en de inrichting van de academische ziekenhuizen
+ Hoofdstuk 13. Het bestuur en de inrichting van de instellingen voor wetenschappelijk onderzoek
+ Hoofdstuk 14. Beroep bij de bestuursrechter
+ Hoofdstuk 15. Inhouding bekostiging, schadevergoeding en strafbepalingen
+ Hoofdstuk 16. Overgangsvoorzieningen onder meer in verband met de invoering van de wet en voorschriften in verband met fusie, omzetting, splitsing, verplaatsing en bestuursoverdracht
+ Hoofdstuk 17. Overgangs- en invoeringsbepalingen wijzigingswetten tot 2002
+ Hoofdstuk 18. Overgangs- en invoeringsbepalingen wijzigingswetten vanaf 2002
+ Hoofdstuk 19. Slotbepalingen
Juridisch advies nodig?
Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?
Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.

Stel uw vraag
Geschiedenis

Geschiedenis-overzicht