1.
Ter zake van de kosten verbonden aan deze wet is een premie verschuldigd, die gezamenlijk wordt geheven met de zorgverzekeringspremie.
2.
De premie, bedoeld in het eerste lid, wordt geheven met overeenkomstige toepassing van
hoofdstuk III van de Wet loonbelasting BES, met dien verstande dat in plaats van «inhoudingsplichtige» telkens gelezen wordt «werkgever».
3.
De premie wordt geheven naar een percentage van het loon van de werknemer.
4.
Het premiepercentage, bedoeld in het derde lid, wordt met ingang van elk kalenderjaar bij ministeriële regeling in overeenstemming met Onze Minister van Financiën voor de periode van één jaar vastgesteld.
5.
Indien het loon met terugwerkende kracht is verhoogd, wordt voor de berekening van de premie met deze verhoging rekening gehouden vanaf het tijdstip dat de verhoging van het loon door de werkgever aan de werknemer is uitbetaald.
6.
De premie is verschuldigd door de werkgever.
7.
De premie wordt door de inspecteur geheven van de werkgever door middel van afdracht op aangifte.
8.
De premie komt ten gunste van het Rijk.
9.
Ten laste van het Rijk komen de door Onze Minister verstrekte uitkeringen, bedoeld in de
artikelen 3, eerste lid, en
5, eerste lid, en alle kosten verbonden aan de uitvoering van deze wet.
1.
De werkgever, diens vaste vertegenwoordiger, de leider van de vaste inrichting van de werkgever of degene die de leiding heeft van binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba verrichte werkzaamheden is desgevraagd gehouden aan Onze Minister of aan de door deze aangewezen personen en deskundigen inzage te verlenen of afschrift te verstrekken van de boeken, bescheiden en geschriften, welke voor de vaststelling van de premie redelijkerwijs van belang zijn.
2.
Degene die inzage van de boeken, bescheiden en geschriften, bedoeld in het eerste lid, is gevraagd, wordt geacht die in zijn bezit te hebben, tenzij het tegendeel aannemelijk is gemaakt.
3.
Bij een weigering om te voldoen aan een verplichting als bedoeld in het eerste lid, kan een werkgever, diens vaste vertegenwoordiger, de leider van de vaste inrichting van de werkgever of degene die de leiding heeft van binnen de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba verrichte werkzaamheden, niet met vrucht een beroep doen op de omstandigheid dat hij uit hoofde van zijn stand, zijn beroep of zijn ambt tot geheimhouding verplicht is, zelfs al mocht deze hem bij enig wettelijk voorschrift zijn opgelegd.
Artikel 8i
Het is een ieder verboden hetgeen hem, bij de uitvoering van deze wet of in verband daarmee, over inkomen, opbrengst, uitdelingen, medische gegevens en in het algemeen over de zaken of werkzaamheden van een ander, blijkt of medegedeeld wordt, verder bekend te maken dan nodig is voor de uitvoering van deze wet.