1.
Indien een strafvervolging wordt ingesteld tegen een rechtspersoon, doelvermogen of rederij, wordt deze rechtspersoon of dit doelvermogen tijdens de vervolging vertegenwoordigd door de bestuurder of, indien er meer bestuurders zijn, door een van hen en de rederij door de boekhouder of een der leden van de rederij. De vertegenwoordiger kan bij gemachtigde verschijnen.
2.
Indien de strafvervolging wordt ingesteld tegen een maatschap of vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, wordt deze tijdens de vervolging vertegenwoordigd door de aansprakelijke vennoot of, indien er meer aansprakelijke vennoten zijn, door een van hen. De vertegenwoordiger kan bij gemachtigde verschijnen.
3.
De rechter kan de persoonlijke verschijning van een bepaalde bestuurder of vennoot bevelen; hij kan alsdan zijn medebrenging gelasten.
1.
De kennisgeving van gerechtelijke mededelingen aan een rechtspersoon geschiedt aan:
a.
de woonplaats van de rechtspersoon, dan wel
b.
de plaats van het kantoor van de rechtspersoon, dan wel
c.
de woonplaats van een van de bestuurders.
2.
Betekening van een gerechtelijke mededeling geschiedt door uitreiking aan een van de bestuurders, dan wel aan een persoon die door de rechtspersoon is gemachtigd het stuk in ontvangst te nemen. De uitreiking geldt in deze gevallen als betekening in persoon. Uitreiking aan deze personen kan geschieden op een andere plaats dan bedoeld in het eerste lid.
3.
De uitreiking van een gerechtelijke mededeling, als bedoeld in het vorige lid, kan eveneens geschieden op een van de plaatsen omschreven in het eerste lid, aan ieder die in dienstbetrekking is van de rechtspersoon en die zich bereid verklaart de mededeling te zullen bezorgen.
1.
De kennisgeving van gerechtelijke mededelingen aan een maatschap of vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid geschiedt aan:
a.
de plaats van het kantoor van de maat- of vennootschap, dan wel
b.
de woonplaats van een van de aansprakelijke vennoten.
2.
Betekening van een gerechtelijke mededeling geschiedt door uitreiking aan een van de aansprakelijke vennoten dan wel aan een persoon die door een of meer hunner is gemachtigd het stuk in ontvangst te nemen. De uitreiking geldt in deze gevallen als betekening in persoon. Uitreiking aan deze personen kan geschieden op een andere plaats dan bedoeld in het eerste lid.
3.
De uitreiking van een gerechtelijke mededeling, als bedoeld in het vorige lid, kan eveneens geschieden op een van de plaatsen, omschreven in het eerste lid, aan ieder die in dienstbetrekking is van de maat- of vennootschap of van een aansprakelijke vennoot en die zich bereid verklaart de mededeling te zullen bezorgen.
4.
De voorgaande leden zijn van overeenkomstige toepassing bij de vervolging van een doelvermogen of rederij; in dit geval treden de bestuurders dan wel de boekhouder en de leden van de rederij in de plaats van de aansprakelijke vennoten.
Artikel 531
Heeft de uitreiking niet overeenkomstig
artikel 529, tweede of derde lid, of
artikel 530, tweede of derde lid, kunnen plaatsvinden, dan wordt het schrijven teruggezonden aan de autoriteit van welke het is uitgegaan en vervolgens uitgereikt aan de griffier van de rechtbank waar of in welker rechtsgebied de zaak zal dienen of laatstelijk heeft gediend. Het openbaar ministerie zendt alsdan een afschrift van het schrijven onverwijld toe aan het in het schrijven vermelde adres, van welk feit aantekening wordt gedaan op de akte van uitreiking.
Artikel 532
Op de kennisgeving van gerechtelijke mededelingen aan een rechtspersoon, maatschap of vennootschap zonder rechtspersoonlijkheid, een doelvermogen of rederij zijn de
artikelen 585-587,
588, tweede en vierde lid,
588a,
589, eerste, derde en vierde lid, en
590, eerste en derde lid, van overeenkomstige toepassing.